Systeem van sociale voordelen remt motivatie om te werken af
Bekijk hieronder mijn tussenkomst tijdens de commissie wonen in het Vlaams Parlement over het systeem van sociale voordelen dat motivatie om te werken afremt.
Huidig systeem van sociale voordelen in het sociaal woonbeleid stimuleert eigenlijk om NIET te gaan werken. Een hoger loon betekent immers een hogere sociale huurprijs. Bij de berekening van de sociale huurprijs is het inkomen namelijk de belangrijkste factor voor het bepalen hiervan. Hoe hoger het inkomen, hoe hoger de sociale huurprijs.
Bij de huurpremie zien we hetzelfde gebeuren. Wie meer verdient, kan mogelijks zijn huurpremie verliezen. De huurpremie bedraagt vandaag maximum 157 euro (in bepaalde gemeenten 173 euro). Kandidaat-huurders, die dus binnen de inkomensgrenzen vallen voor deze huurpremie, zien hiermee hun huurprijs op de private woonmarkt dalen van gemiddeld 800 euro tot 650 euro. Als hun inkomen plots stijgt door promotie of andere factoren, zullen zij hun huurpremie verliezen. Hoewel velen onder hen eigenlijk nog steeds dat duwtje in de rug nodig hebben. Deze mensen zullen namelijk niet plots grootverdieners worden. Om deze situatie te vermijden, kiezen velen onder hen om niet (méér) te werken, en dus te verdienen. Sommigen kiezen zelfs bewust voor parttime werk om de inkomensgrenzen van sociale huurprijsberekening of huurpremie niet te overschrijden.
Zoals ik al langer bepleit, moet meer werken eindelijk beloond worden. Zij die écht niet in staat zijn, hebben uiteraard recht op een sociale woning en moeten daarin sneller geholpen kunnen worden. Maar voor wie wél kan werken, moet een sociale woning echter een tijdelijke oplossing bieden.