Varia

Prioriteiten nodig: eerst energiebesparing, dan hernieuwbare energie

Een onderzoek van Sia Partners legt het kostenplaatje van windenergie in België bloot: momenteel jaarlijks 350 miljoen euro en in 2020 bij ongewijzigd beleid 1,1 miljard euro. De overgang naar een duurzame energiemix loopt niet gesmeerd en kent een hoog kostenplaatje. Willen we de 13% hernieuwbare energiedoelstelling tegen 2020 halen, dan zal de Vlaamse Regering (Cd&v, Sp.a, N-VA) doordachter te werk moeten gaan. En hoewel windmolens energietechnisch efficiënter zijn dan zonnepanelen, hoeft de subsidiëring ervan niet dezelfde buitensporige proporties aan te nemen.  In plaats van de feiten achterna te hollen, moet deze Vlaamse Regering een coherent en efficiënt beleid voeren ten aanzien van alternatieve energie.

Energiebesparing biedt hoogste rendement

De gemakkelijkste weg om 13% hernieuwbare energie te realiseren is de weg van de energiebesparing. Elke kwh energie die je bespaart, betekent dat het bestaande arsenaal aan hernieuwbare energiebronnen een groter aandeel krijgt in het geheel. Als we vandaag bijvoorbeeld 6,5% van onze energie halen uit alternatieve energie en we verbruiken het komende jaar slechts de helft van het totaal, dan komt het deel hernieuwbare energie uit op 13%…

Bovendien is het van groot maatschappelijk belang dat we onze elektriciteit niet nodeloos duur maken. Een niet te onderschatten nadeel bij dure elektriciteit is onder andere de energiehandicap voor onze bedrijven. Door de dure stroom hebben energie-intensieve bedrijven een ernstig concurrentienadeel ten opzichte van buitenlandse bedrijven. Dit brengt tewerkstelling in het gedrang.

Dure elektriciteit betekent ook een niet te onderschatten concrete koopkrachtdaling voor onze gezinnen. Wat mensen aan duurdere elektriciteit uitgeven, kan men niet uitgeven op restaurant, bij de kapper of voor een verbouwing. Ook de elektriciteitsfactuur van het patrimonium van onze overheden lijden onder dure elektriciteit.

Het is dan ook meer dan wijs om de eerstkomende jaren richting het groeipad van 2020 voornamelijk in te zetten op energiebesparing. Dit komt zowel de gezinnen, de overheid als de bedrijven ten goede. Rekenen we hierbij dat technologische vooruitgang over enkele jaren de alternatieve energie nog een stuk productiever maakt, dan doet ons land een win-win door prioriteiten te stellen.

De Vlaamse Regering kan dit doen door eindelijk een groeipad tot 2020 uit te tekenen die – rekening houdende met voorgaande argumenten – duidelijke prioriteiten vastlegt. Van regeringen mogen we meer verwachten dan een ‘ad hoc’-beleid waarbij men bijvoorbeeld na vaststelling van het gigantische kostenplaatje de subsidiëring van zonnepanelen noodgedwongen terugschroeft.

Mercedes Van Volcem (Open Vld) is Vlaams Parlementslid en lid van de commissie Energie