Brugge – Een mooie entree voor wie Lissewege binnen rijdt vanaf de N31. De middenbermen aan de verkeerslichten te Lissewege worden opgefleurd met 40 nieuwe bloembakken.
“Niet alleen het centrum van een stad/deelgemeente moet er mooi uitzien, ook de toegang moet aantrekkelijk zijn,” aldus schepen van Openbaar Domein en Groen Mercedes Van Volcem. “Door het plaatsen van 40 nieuwe bloembakken op de middenbermen fleuren we het kruispunt op,” zegt Van Volcem. “Wie dit ziet gaat op zoek naar meer en dat zal men niet alleen in Lissewege dorp vinden maar over het ganse Brugse grondgebied”.
De betonnen middenbermen langs de gewestweg N31 zijn al jaren een doorn in het oog van de inwoners van Lissewege maar ook voor Schepen Van Volcem die deze locatie wou aanpakken en opfleuren.
De N31 is een gewestweg en valt dus onder de bevoegdheid van AWV. “Na onderhandelen met AWV konden we tot een compromis komen”, verduidelijkt de schepen. “Ontharden was geen optie gezien de aanwezigheid van leidingen, een alternatief was het plaatsen van mooie bloembakken”, zegt Mercedes Van Volcem. “AWV investeert in 40 nieuwe houten bloembakken, Stad Brugge zorgt voor de beplanting en het onderhoud ervan. Ik ben blij met de goede samenwerking met AWV.”
“Ik wou een eyecatcher”, aldus Van Volcem, “niet zomaar een grijze pot, maar bloembakken met een uniek kleurpatroon die past bij de stijl van het witte dorp”.
Voor de beplanting werd gekozen voor duurzaam groen, vaste planten en heesters met aandacht voor continue bloei het ganse jaar door.
De investeringen die het Agentschap Wegen en Verkeer doet in 2022 in de gemeenten zijn definitief vastgesteld. Dit betreft het Geïntegreerd InvesteringsProgramma (GIP).
Onderstaand vind je een handig overzicht van de investeringen die vastliggen in deze West-Vlaamse gemeentes.
21 april 2022 – De stad Brugge krijgt in 2023 de primeur om de eerste zeven emissievrije midibussen te mogen ontvangen in haar straten. De kleinere bussen van acht meter lang zijn aangepast aan de smalle straatjes van de historische binnenstad. Na een akkoord over twee raamovereenkomsten is er nu ook een selectieleidraad opgemaakt en zijn de aanbestedingen lopend.
Het Vlaams Regeerakkoord schrijft voor dat bussen in stadskernen vanaf 2025 emissievrij moeten rijden. Tegen 2035 moet dat trouwens in heel Vlaanderen het geval zijn. In de commissie Mobiliteit en Openbare Werken stelde Vlaams minister Lydia Peeters dat de eerste emissievrije bussen nog dit jaar besteld zullen worden. “Er was reeds een akkoord over twee raamovereenkomsten met een looptijd van zes jaar, maar nu is ook duidelijk hoeveel voertuigen en welke types maximaal afgenomen kunnen worden. De aanbestedingen zijn lopend”, aldus de minister.
Vlaams Parlementslid Mercedes Van Volcem wees in haar vraag op het belang van specifiek materieel voor de bediening van stedelijke kernen. “De problematiek in Brugge is gekend. De historische stadskern, erkend als UNESCO-werelderfgoed, lijdt onder de grote, vervuilende bussen die momenteel door haar straten manoeuvreren. Dit aspect moet meegenomen worden bij de verdeling van het nieuw materieel over de verschillende steden”, stelde Van Volcem.
Hierop kwam de minister met heuglijk nieuws. De Lijn heeft bevestigd dat het pittoreske Brugge de primeur krijgt. Voor Brugge worden momenteel emissievrije midibussen (acht meter lang) voorzien. De selectieleidraad voorziet ook in de mogelijkheid om bijkomende midibussen of stadsbussen (tien meter lang) aan te besteden.
Hieronder de vraag om uitleg die ik stelde aan de minister.
BRUGGE – Het wegdek van de Singel en de Buiten Boeverievest waren dringend aan vernieuwing toe. Begin februari gingen de werkzaamheden van start. Het einde van de werken is voorzien tegen half juni.
In opdracht van Stad Brugge werd op 7 februari gestart met de rioleringswerken en de heraanleg van de Buiten Boeverievest en de Singel. Om zoveel mogelijk rekening te houden met de bereikbaarheid, wordt in fases gewerkt. Bovenstaand plannetje toont de verschillende fasen van de werken. Op onderstaand schema wordt meer ingegaan op timing en detail van die fasen.
De werken hebben als doel een volledig gescheiden stelsel in alle straten te realiseren.
In de eerste fase van de heraanleg werd de Buiten Boeverievest aangepakt. Daar werd een nieuwe riolering geplaatst en aangesloten op het pompstation. In fase twee zal ook de Singel voorzien worden van een nieuwe riolering. Om die reden wordt de bestaande verharding opengebroken en zullen woningen tijdelijk enkel toegankelijk zijn te voet of per fiets. Nadien in fase drie zal men een rijweg aanleggen van de Singel tot de Smedenstraat. Tot slot zal men op het wandelpad een picknickzone inrichten en het speelplein van nieuwe toestellen voorzien.
Met deze werken wil ik de veiligheid en welzijn van de omgeving verbeteren voor komende decennia. Rond het speelplein worden vier nieuwe bomen voorzien alsook lage beplanting.
Brussel, 9 april 2022 – Vlaams parlementslid Mercedes Van Volcem onderzocht de woonbehoefte en beschikbare ruimte voor sociale huisvesting in de centrumsteden. Ze stelt vast dat de sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM’s) te weinig beschikbare grond voor handen hebben om de wachtlijsten in de steden weg te werken. In de centrumsteden is amper 196 ha in eigendom van sociale huisvestingsmaatschappijen. Er staan in die steden meer dan 92.000 mensen op de wachtlijst.
In heel Vlaanderen hebben de sociale huisvestingsmaatschappijen ongeveer 1.600 ha in hun bezit. Het sociaal woonbeleid van de Vlaamse Regering is er reeds jaren op gericht om sociale woningen te bouwen. Nieuwbouw woningen realiseren is jaren de kerntaak geweest van de sociale huisvestingsmaatschappijen. Bouwen gaat nochtans traag (doorlooptijd duurt 6 j). Vorig jaar werden zelfs niet alle kredieten opgenomen. Projecten hebben vertraging lopen vertraging op. De focus bij sociale huisvestingsmaatschappijen ligt op de fusie met de sociale verhuurmaatschappijen.
Gemiddeld kwamen er de laatste zeven jaar 1.850 woningen per jaar bij. In de centrumsteden gaat het over 958 woningen. Daartegenover groeit de wachtlijst in die steden jaarlijks aan met 5.790 mensen. In 2020 stond de teller voor gans Vlaanderen op 169.096, maar in theorie hebben zo’n 243.000 mensen recht op een sociale woning. Een derde van de rechthebbenden schrijft zich dus niet in. Nochtans zou iedereen in dezelfde omstandigheden hetzelfde moeten kunnen bekomen van de overheid.
Wie vier jaar onafgebroken op de wachtlijst staat en een laag inkomen heeft, krijgt een huursubsidie. Het gaat over zo’n 17.000 mensen. Deze mensen moeten naar een sociale woning verhuizen als er een wordt aangeboden.
De schaarste aan grond in de steden en toenemende woonbehoefte noodzaakt een aanpassing van het sociaal woonbeleid. Uit cijfers van het Federaal Planbureau over bevolkingsvooruitzichten blijkt dat tussen 2020 en 2040 het aantal huishoudens in Vlaanderen zal groeien met 12 %.
In de centrumstad Antwerpen gaat het over zo’n 17.449 nieuwe huishoudens. Tevens zullen er in 2030 meer éénpersoonshuishoudens dan meerpersoonshuishoudens zijn. Tegen 2060 is dat zelfs de helft. In Antwerpen staan er 36.843 mensen op de wachtlijst, maar de SHM’s hebben er samen amper 24 ha grond in hun bezit. Dat betekent dat er de komende jaren nog 2.378 woningen kunnen worden gerealiseerd in Antwerpen. Er zullen dus 34.465 woningen tekort zijn.
In de Vlaamse centrumsteden stonden in 2014 zo’n 52.408 mensen op de wachtlijst. In 2020 waren dit er 92.938. In de dertien centrumsteden kwamen er dus 40.000 wachtenden bij in 6 jaar tijd.
Meer dan helft van de mensen op de wachtlijst, wil huis in de stad Meer dan de helft van alle wachtenden staat op een wachtlijst voor een sociale woning in een centrumstad, terwijl alle centrumsteden slechts 25 % van het totale aantal Vlaamse huishoudens telt. Volgens de lijst zou de helft van sociale woningen dus in steden moeten worden gebouwd, terwijl er nu een spreiding wordt opgelegd van 9 procent in alle steden en gemeenten.
Ruimte per stad Vlaams parlementslid Mercedes Van Volcem dook in de cijfers en ging op zoek naar de beschikbare ruimte in de centrumsteden. Zelfs al bouwt men 100 woningen per hectare, kan men in de steden slechts 19.600 sociale woningen bouwen voor 92.000 wachtenden. Er is vandaag dus zeker grond tekort voor 70.000 sociale woningen in de dertien centrumsteden! Het beleid van bouwen is traag en loopt op haar limieten. Sociale huisvestingsmaatschappijen in steden bezitten weinig grond en heel wat daarvan ligt ook in overstromingsgevoelig gebied.” Vivendo bijvoorbeeld, de Brugse sociale huisvestingsmaatschappij, is eigenaar van nog 27ha aan beschikbare ruimte. Maar liefst de helft hiervan ligt in effectief overstromingsgebied. Er is dus nog 14 ha ter beschikking, goed voor maximum 1.400 woningen. Nochtans staan er vier maal zoveel mensen op de wachtlijst in Brugge.
In Mechelen en Hasselt is het aandeel dat in overstromingsgebied ligt eerder klein. Het verschil tussen centrumsteden is dus groot, maar opvallend is dat enkel Gent meer dan 30 ha (31 ha) ter beschikking heeft voor de bouw van nieuwe sociale woningen.
Antwerpen heeft nog 24 ha, Brugge 27 ha, Mechelen17 ha en Leuven zelfs 0.
Bestaande sociale wijken ruimtelijk laten renderen Een oplossing die men kan bieden, is bestaande wijken afbreken en denser opbouwen. Ik ben echter van mening dat men in sociale woonwijken ook moet inzetten op leefbaarheid, groen en sterke publieke ruimte. Woontorens in sociale woonwijken is een visie van jaren ‘70 die geen succes zijn gebleken.
Bovendien zal de afbraak van bestaande wijken er ook toe leiden dat veel mensen moeten geherhuisvest worden. Dat maakt de wachtlijst en doorlooptijd van de woningen nóg langer. Gemiddeld is dat nu ongeveer vier jaar.
Nieuw beleid is nodig voor de toekomst Er zal dus een nieuw beleid moeten worden uitgewerkt voor de toekomst want binnen hier en tien jaar is de grond in de steden op. De vraag is dan of er wezenlijk sociale woningen moeten worden bijgebouwd. De bestaande private huurwoningen kunnen ook sociaal verhuurd worden. Het vergt gewoon een andere wetgeving en tussenkomst. Wie de eigenaar is van het huis is voor de huurder niet relevant, wel hoe hoog de huurprijs is. Of de staat nu bijlegt aan sociale woonmaatschappijen voor eigen woningen of zij die ze in huur nemen maakt eigenlijk weinig verschil.
Van Volcem stelt dan ook voor om de sociale verhuurkantoren of nieuwe woonmaatschappijen bindende objectieven te realiseren via het in huur te nemen op de private markt in plaats van deze te realiseren via nieuwbouw . De laatste jaren werd daar al wat ingezet maar onvoldoende.
De mensen die momenteel op de wachtlijst staan, wonen nu ook in een woning. Zij vragen niet meteen een nieuwbouw woning maar vooral een betaalbare huur. We kunnen het meeste vooruitgang boeken door via sociale verhuurkantoren panden in huur te laten nemen.
Verder blijf ik ook ijveren voor meer doorstroming van de sociale woningen naar de private markt. Een sociale woning of huur moet een tijdelijke oplossing zijn voor mensen die niet aan de slag kunnen of tijdelijk pech hebben, zieke mensen, mensen met beperkingen en gepensioneerden met weinig inkomen.
Een woonproblematiek is steeds een inkomensproblematiek. Het is dan ook belangrijk dat we mensen motiveren en aanmoedigen om meer te verdienen en inzetten op sociale mobiliteit. Niets is mooier dan vooruit te gaan, dat is het mooiste dat we voor de mensen kunnen doen. Via opleiding en werk een mooier leven geven. Een sociale woning en een sociale uitkering dienen voor mensen die niet aan de slag kunnen.
Vandaag weigert men het debat aan te gaan maar de grond is zo op en de huurmarkt wordt steeds duurder. Nieuwe systemen en doorstroming moeten dus prioriteit worden. Ook moet hier rekening gehouden worden met stijgende energiefacturen. De rol van de nieuwe woonmaatschappijen moet er mede op gericht zijn naast bouwen en verhuren om ook te renoveren en energiezuinige huurpanden te realiseren.
Vind hieronder de link naar de schriftelijke vragen en antwoorden:
“Op 10 januari zijn we gestart met wegeniswerken in de Bossuytlaan, de Zevekotedreef en de Weidebekestsraat, vanaf volgende week kan de asfaltering gebeuren. Onder voorbehoud van gunstige weersomstandigheden, zou de rijweg terug kunnen opengesteld worden voor verkeer eind april 2022”, aldus schepen van Openbaar Domein Mercedes Van Volcem. “Reeds nu merken we hoe mooi de straat er zal uitzien. We hebben rekening gehouden met ontharding, vergroening en vooral ook verkeersveiligheid”, zegt Van Volcem. “Ik ben tevreden dat we in de Bossuytlaan de kasseien en de bomen hebben kunnen behouden.
“Opnieuw een mooie realisatie van de aannemer Norré-Behaegel uit Westende, de nutsmaatschappijen en mijn dienst Openbaar Domein”.
De werken omvatten : * Het vernieuwen van het wegdek en de voetpaden in de Weidebekestraat * Het vernieuwen van het wegdek en de voetpaden in de Zevekotedreef * Het vernieuwen van het wegdek en de voetpaden in een gedeelte van de Bossuytlaan en de Schoolstraat.
We leggen een verkeersplateau aan in de Bossuytlaan. * In de Zevenkotedreef wordt een RWA (regenwater) riolering voorzien. * In een gedeelte van de Sint-Kristoffelstraat wordt enkel het wegdek vernieuwd.
Veiligheid : “Na overleg met de bewoners van de Bossuytlaan werd beslist om een verkeersplateau te voorzien om het drukke en snelle verkeer te verminderen”, licht de schepen toe. “Deze snelheidsremmende maatregel komt de zwakke weggebruiker ten goede”. Reeds lang was men vragende partij. In drie jaar tijd hebben we er twee aangelegd op de as Vossensteert-Bossuytlaan maar omdat we nu ook de hoeve aan het Veltembos hebben gekocht kunnen we ook het fietsverkeer naar de scholen in de omgeving via Zandtiende veiliger laten verlopen.
De stad investeert fors in openbaar domein Van Zeebrugge tot Ver Assebroek De totale kostprijs van de werken in Assebroek bedraagt 398.578,00 euro exclusief BTW.
“De werken verlopen goed, er is een goede samenwerking met de aannemer, de nutsmaatschappijen en alle collega’s van Openbaar Domein die hierbij betrokken zijn. Los van enkele dagen werkverlet omwille van het slechte weer, zitten de werken perfect op schema”, vult schepen Van Volcem aan. Na de wegenwerken zullen alle wegmarkeringen aangebracht worden alvorens de straten worden opengesteld voor het verkeer.
Klik hier voor meer informatie over andere lopende projecten binnen Openbaar Domein.
BRUSSEL – De combinatie van een laad- en loszone met een ‘shop & go’-parkeerplaats in de steden kan als men dat wil. Lang was er discussie over, maar de minister stelt nu dat het kan. Een ministerieel besluit uit 1976 laat het niet toe om bepaalde types verkeersborden te combineren, maar dit werd nu verduidelijkt.
In veel steden en gemeenten heeft men de laatste jaren ingezet op het uitwerken van een parkeerbeleid dat het onderscheid maakt tussen kortparkeren, langparkeren en laden en lossen. Zo zijn er op veel plaatsen ‘shop & go’-parkeerplaatsen ingevoerd. Volgens de bestaande regelgeving is het evenwel niet mogelijk om een laad-en loszone te combineren met een kortparkeerplaats. Het zou bijvoorbeeld perfect logisch zijn om dezelfde plaats in de voormiddag voor te behouden voor leveringen (door middel van het bord E1) en in de namiddag voor kortparkeren (met het bord E9a of E9b).
Omdat de wetgeving hierover geen duidelijkheid kon scheppen. Stelde ik zelf de vraag aan de minister. Zo valt te lezen in het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 dat het verboden is op dezelfde plaats van elkaar verschillende verkeersborden van het type E1 tot E9h te plaatsen. De combinatie van de borden E1 en E9a of E9b, met telkens een onderbord dat tijdsbeperking aanduidt, is bijgevolg niet toegelaten.
Naar aanleiding van mijn vraag in het Vlaams Parlement heeft de minister dit nu verduidelijkt. Onderstaande borden bieden de mogelijkheid om uitsluitend tussen bepaalde tijdstippen te kortparkeren. De rest van de tijd zal de parkeerzone als laad- en loszone gelden.
BRUGGE – In het Vlaams Regeerakkoord staat geschreven dat de Vlaamse Regering tegen 2025 de stadskernen emissievrij wil bedienen. Vorige week kondigde minister Lydia Peeters een ontwikkeling aan in de verdere uitrol van onze Vlaamse laadinfrastructuur. Nu zet De Lijn procedures in gang om honderden elektrische bussen aan te kopen. De eerste daarvan worden in de zomer van 2023 in de Brugse binnenstad verwacht.
Brugge zal dus dienen als pilootproject. De historische binnenstad met haar smalle pittoreske straten is immers een echte ‘street canyon’. Vandaar dat compacte en elektrische voertuigen ideaal zouden zijn voor een leefbare binnenstad. Als schepen in Brugge zie ik dit uiteraard als een stap in de goede richting. In het Vlaams Parlement ijver ik al langer om deze zoektocht aan te vatten. De ambitie om tegen 2025 de stadskernen emissievrij te bedienen, mag niet uit het oog verloren worden. Dat de openbaarvervoersmaatschappij nu op zoek gaat naar kandidaat-verkopers, is dus een goede zaak.
Implementatie
Zoals in het persbericht te lezen was, zal tegen de zomer van 2023 in Brugge de eerste compacte, elektrische bus in gebruik genomen worden. Deze “midi-bussen” zullen 8 meter lang zijn en plaats bieden aan een 50-tal reizigers. Later zullen ook andere bustypes in beeld komen ter vergroening van de busvloot. Dit zal gefaseerd gebeuren omdat ook de stelplaatsen omgebouwd moeten worden.
Naast de vergroening van de busvloot willen wij ook afstappen van het huidige stermodel waarbij al onze bussen de stad doorkruisen. In de plaats stellen we een model voor, waar twee centrumlijnen de aanvoer naar de binnenstad verzorgen alsook de verbinding met stads- en streeklijnen aan het station en ‘t Zand.
BRUGGE – De winkelstraat de Smedenstraat heeft een groenere aanblik. Een groenzone werd aangelegd in de straat en acht grote cortenstaal bloempotten werden voorzien met meerstammige bomen. “Het groen, de bomen en mooie bloempotten geven een aangename sfeer in de winkelstraten. Ze maken het winkelen leuker. Er was ook vraag vanuit de handelaren. Waar er pleintjes zijn en groen en winkels, komen de mensen graag winkelen”, overtuigt Mercedes Van Volcem, “Zo gaan we geleidelijk aan van grijze stad naar een kleurrijke en leefbare stad.”
Ontharding met boom en banken
De winkelstraat Smedenstraat had een grote verharde zone recht tegenover het Kruidvat die net naast de terrassen van de Smedenstraat ter hoogte van huisnummer 44-48 ligt. “De ontharding is een ware opwaardering voor de zone, maar voor de volledige straat die nogal grijs aanvoelde. Een prachtige grote boom die veel ruimte heeft om uit te groeien is nu in de plaats gekomen. In het extra grote plantvak zullen ook vaste planten voorzien worden. Bij de aanplant werd rekening gehouden met de aanwezige nutsvoorzieningen. Drie fietsenstallingen ter plaatse kregen daarom een andere plek”, duidt Van Volcem de werken.
De voorziene planten zijn beschermd door een houten hekwerk. Rond de boom zal er een doorgang van 4 meter blijven. “We maken er het extra gezellig en voorzien ook 2 zitbanken”, aldus Van Volcem.
Acht mooie bloempotten in cortenstaal met meerstammige bomen
Even een verpozing zoeken in de schaduw van de boom is dus een welgekomen extra. Daarnaast plaatsten we acht cortenstaal bloempotten in de straat. Twee ter hoogte van de Auping winkel en aan de terraszone aan de Greinschuurstraat, verder ook twee aan de Kreupelenstraat en twee ter hoogte van de vrijdagsmarkt”, zegt de schepen, “Nu de lente en het zonnetje in het land zijn, zal het nog zo aangenaam shoppen zijn in de Smedenstraat die ook diverse horeca zaken kent en een leuk pleintje met terrasjes.”
De vergroening gebeurde op verzoek van de handelaars.
Na de Katelijnestraat is dus nu ook de Smedenstraat groener. De Langestraat maakte zelf een groot verschil door het meeste aantal gevelplanten aan te vragen. De Ezelstraat werd ook al deels groener gemaakt. In winkelstraten kan je dus ook een gevelplant aanvragen : www.brugge.be/gevelplant. We zien ook dat diverse zaken hun gevel opfleuren met bloemen (Billy June en restaurant Chagall bijvoorbeeld).
“Eens de parking af is onder het Zand (8 april) zullen we ook vergroenen in de Zuidzandstraat en Steenstraat”, stelt Van Volcem Mercedes bevoegd voor openbaar domein, “Er moet steeds evenwicht gevonden met andere noden (laad-en loszone, fietsnietjes), maar de burgemeester steunt de transformatie naar groenere winkelstraten. Het is dan ook een expliciete eis van de handelsgebuurtekring.”
BRUSSEL – Deze namiddag ging het tijdens de plenaire vergadering in het Vlaams Parlement over de huurpremie. Om hierop aanspraak te maken, mag de maximale huurprijs van een alleenstaande €639,78 bedragen. “Voor die prijs zijn er amper nog panden ter beschikking waardoor die huurpremie niet kan opgenomen worden.” Aldus Mercedes Van Volcem tijdens haar tussenkomst deze namiddag.
De huurpremie is in het leven geroepen om private huurders te helpen op hun weg naar een sociale woning. Naast die maximale huurprijs van €639,78 per maand moet de private huurder ook vier jaar ononderbroken op de wachtlijst voor sociale woningen staan en mag het jaarinkomen van de kandidaat-huurder het limiet van €25.850 niet overschrijden.
Gezien de huidige situatie op de woningmarkt is de voorwaarde wat betreft de maximale huurprijs van €639,78 niet meer actueel. “In Gent gaat het amper over vier panden. In mijn eigen stad Brugge zijn er twee en in Leuven zelfs géén.”
“U heeft vorig jaar een record aan opbrengsten uit registratierechten geïncasseerd. Dit was 750 miljoen euro boven verwachting. Ik denk dat u vandaag een tandje bij kan steken om het woonbeleid aan te passen!“