Brugge

Brugge

Brugge zet in op voetpadenplan: Brugse deelgemeenten krijgen nieuwe voetpaden goed voor 1,5 miljoen euro in 2022

BRUGGE – De Stad steekt een tandje bij in de deelgemeenten.  Een voetpadenplan voor 2022 werd opgemaakt en de Stad investeert drie maal zoveel als normaal in voetpaden in de deelgemeenten.  “De Stad investeert 1.482.000 euro in voetpaden in de deelgemeenten. De voetpaden worden in goede staat hersteld om een veilig wandelverkeer te garanderen”, klinkt het bij schepen van Openbaar Domein, Mercedes Van Volcem. “De werken zullen allemaal uitgevoerd worden tussen november 2021 en de zomer van 2022. Mensen vinden een goed aangelegd voetpad belangrijk en terecht.  Met een drievoudig budget en drie aannemers die werken via een raamcontract schakelen we een versnelling hoger.”

Sint-Michiels en Sint-Andries (West)

De Stad zal 669.500 euro investeren in deze grote deelgemeenten.

Tien straten worden aangepakt : “Ten Boomgaard, Parklaan, Spoorwegstraat, Sint-Arnoldsulaan en Walakker en de een stuk van de Diksmuidse Heerweg,  de  Orchideeënlaan, Hoogbrabantlaan, Ontmijnerslaan en Jonckheer Paul Coppietersdreef”  Dus vijf straten in Sint-Michiels en vijf straten in Sint-Andries”, stelt Mercedes Van Volcem.

  • Ten Boomgaard

In Ten Boomgaard wordt de huidige toestand volledig uitgebroken, maar identiek heraangelegd. “215.000 euro wordt voor het project uitgetrokken. Na het herfstverlof starten we onmiddellijk met de werken om in januari volgend jaar af te ronden. We rekenen op 50 werkdagen om dit project volledig af te werken”, zegt Van Volcem.

  • Parklaan, Spoorwegstraat, Sint-Arnolduslaan en Walakker

Deze straten krijgen allemaal een nieuw voetpad, een investering van 242.000 euro. Het grootste project in deelgemeente Sint-Michiels. Het ontwerp van deze zone moet nog opgemaakt worden. De start van het project zou maart 2022 moeten zijn, om in mei 2022 af te ronden. Dit uitgestrekt project zal 60 werkdagen duren”, aldus de schepen.

  • Diksmuidse Heerweg

In de Diksmuidse Heerweg worden waterdoorlaatbare opritten aangelegd. Er wordt geïnvesteerd in meer waterinfiltratie maar ook in meer groen in de straat. Dit zal zorgen voor een kleurrijke en natuurlijke aanblik van het straatbeeld.

“Kostprijs van deze operatie: 18.500 euro. Start der werken januari 2022, einde in februari 2022. Deze werken zullen een 10-tal werkdagen in beslag nemen”, duidt de schepen.

  • Orchideeënlaan, Hoogbrabantlaan en Ontmijnerslaan

De Orchideeënlaan, Hoogbrabantlaan en Ontmijnerslaan krijgen een nieuw voetpad, maar ook een nieuwe groene zone naast het voetpad dat ingezaaid wordt met gras. “De grasstroken zorgen voor een meer water robuuste en leefbare straat. De werken starten in februari 2022 en ronden we af in maart 2022. Duurtijd 20 werkdagen, kostprijs 66500 euro.”

  • Jonckheer Paul Coppietersdreef

“Een project ter waarde van 127.500 euro. Het project zal in twee delen opgesplitst worden: 1) tussen de Torhoutse Steenweg en de Expresweg en 2) tussen de Expresweg en de rotonde aan de Diksmuidse Heerweg”, legt Van Volcem uit. De werken zullen starten in de maand mei 2022 en in juni 2022 beëindigd woorden.

De aannemer van het voetpadenplan in sector West is het bedrijf Seru.

Waar?Wanneer?Budget
Ten BoomgaardStart na herfstverlof t.e.m. januari 2022 (50 werkdagen)215.000 EUR.
Diksmuidse HeerwegJanuari 2022 t.e.m. februari 2022 (10 werkdagen)18.500 EUR.
Orchideeënlaan, Hoogbrabantlaan, OntmijnerslaanFebruari 2022 t.e.m. maart 2022 (20 werkdagen)66.500 EUR.
Parklaan, Spoorwegstraat, Sint-Arnolduslaan en WalakkerMaart 2022 t.e.m. mei 2022 (60 werkdagen)242.000 EUR.
Jonckheer Paul CoppietersdreefMei 2022 t.e.m. juni 2022127.500 EUR.
 TOTAAL:669.500 EUR.

Sint-Kruis (Oost)

Een inhaalbeweging voor Sint-Kruis (wijk achter de watertoren).
In Assebroek en Sint-Kruis  komt een heraanleg van wel 5 voetpadzones: Akkerstraat, Wiedauwbos, Keizerstraat, Altenastraat en ’t Veld. “De totale kostprijs van deze werken in sector Oost is beraamd op 477.500 EUR. De Akkerstraat, Keizerstraat, Altenastraat en ’t Veld krijgen daarenboven een aangepast openbare ver’led’de lichtinrichting”, duidt de schepen.  De voetpaden zijn in slechte staat, vernieuwing van deze wijk dringt zich op.  Naast voetpaden zullen we bomen en waterinfiltratie voorzien.  We pakken straat per straat aan.

  • Akkerstraat

“In de Akkerstraat pakken we de voetpaden aan maar er komt ook een heraanleg van de plantvakken en de parkeerstroken”, duidt schepen Van Volcem. De geraamde kosten voor de werken bedragen 140.000 euro. De werken zullen normaal in december 2021 nog van start gaan en beëindigd worden in februari 2022. Er wordt gerekend op 25 werkdagen. “De inrichting van de Akkerstraat voldoet niet meer aan de normen van een duurzame omgeving anno 2021. De voetpaden en parkeerstroken liggen er slecht bij ten gevolge van ouderdom en te kleine boomvakken. Een totale vernieuwing drong zich op”, aldus de schepen. De voetpaden zullen aangelegd worden in grijze betonstraatstenen, net als de opritten van de bewoners. De parkeerstroken zullen dan weer in granieten kasseien heraangelegd worden. Ook bufferzones om oppervlaktewater op te vangen zullen geïntegreerd worden in de plantvakken die veel groter worden aangelegd. “Daarbij worden 12 extra bomen aangeplant, voor een betere leefbaarheid in de straat. We kozen voor rode esdoorn en sierpeer in de Akkerstraat en de zijstraat Keizerstraat”, stelt Van Volcem.

De aannemer voor deze werken in Sint-Kruis is de firma Krinkels.

  • Keizerstraat

“Voor de Keizerstraat, een zijstraat van de Akkerstraat, hebben we dezelfde plannen op de agenda: plantvakken en parkeerstroken aanpassen en het voetpad vernieuwen. Opnieuw kozen we voor een totale vernieuwing om een duurzame oplossing te bieden aan de buurt”, klinkt het bij de schepen van Openbaar Domein. “Dezelfde materialen worden gebruikt als in de Akkerstraat, er is dus sprake van een zekere uniformiteit in de buurt. De Keizerstraat krijgt ook heel wat nieuwe plantvakken. De kwaliteit van de woonomgeving wordt hiermee verbeterd: we creëren zo een groener en des te mooier straatbeeld”, aldus Van Volcem. De werken zullen zo’n 20 werkdagen in beslag nemen. De start van de werken wordt voorzien in februari 2022. Einde wordt voorzien voor april 2022. Kostenplaatje 105.000 euro.

  • Altenastraat

De Altenastraat die evenwijdig loopt met de Keizerstraat en ook aansluit op de Akkerstraat heeft te maken met dezelfde problematiek, verouderd en in slechte staat. “We kiezen keer op keer voor de meest duurzame oplossing. In deze buurt is dat een volledige heraanleg. We maken van de gelegenheid gebruik om ook een klimaatbestendiger ontwerp naar voor te schuiven waar we ons wapenen tegen hevige regenval en een betere waterinfiltratie”, legt Van Volcem uit. De sierpeer zal aangeplant worden in de nieuwe plantvakken. “De werken in de Altenastraat zullen van start gaan in maart 2022 en afgerond worden in mei 2022. Ze zullen zo’n 15 werkdagen in beslag nemen. De werken kosten 80.500 euro”, vult de schepen nog aan. 

  • ’t Veld

In ’t Veld hebben we te maken met kleine plantvakken waardoor de bomen uit hun voegen barsten. “De wortels van de bomen duwen de tegels van de voetpaden naar boven. Zowel de voetpaden, plantvakken als parkeerstroken worden volledig hertekend in de straat. Er komen ook nieuwe bomen”, zegt Van Volcem. De werken starten in april 2022 en zullen 15 werkdagen in beslag nemen. Einde is voorzien voor juni 2022. Het kostenplaatje bedraagt 77.000 euro.

  • Wiedauwbos

In Wiedauwbos worden de voetpaden stevig aangepakt. De kostprijs van het voetpadenplan voor de straat bedraagt 75.000 euro. De werken zullen 15 werkdagen in beslag nemen en starten in januari 2022. Einde is voorzien voor maart 2022.

Waar?Wanneer?Budget
AkkerstraatDecember 2021 t.e.m. februari 2022 (25 werkdagen)140.000 EUR.
WiedauwbosFebruari 2022 t.e.m. maart 2022 (15 werkdagen)75.000 EUR.
KeizerstraatMaart 2022 t.e.m. april 2022 (20 werkdagen)105.000 EUR.
AltenastraatApril 2022 t.e.m. mei 2022 (15 werkdagen)80.500 EUR.
‘t VeldMei 2022 t.e.m. juni 2022 (12 werkdagen)77.000 EUR.
 TOTAAL:477.500 EUR.

Lissewege (Noord)

 “De werken in de Scharphoutstraat worden nog in november dit jaar opgestart, na de herfstvakantie. Er wordt op 20 werkdagen gerekend voor de heraanleg van de voetpaden. Het kostenplaatje kloppen we af op 40.000 euro. Einde van de werken voorzien we in december dit jaar”, legt Van Volcem de plannen uit.

Sint-Jozef (Noord)

In 2021 investeerden we al in de Ronsaardbekestraat (tot aan de Kerk) en in de Koolkerksesteenweg werd al in 2021 gestart  (nu komt fase 1 en 2 voetpaden en groenzones van Brugse Steenweg naar Leon De Foerestraat) maar in 2022 zetten we dit verder tot de Graaf de Meulenaerestraat (fase 3 en 4). 

De voetpaden liggen er heel slecht en we pakken dit met beide handen aan.

Ook de Ter Looigemweg krijgt nieuwe voetpaden in Sint-Jozef met heraanplant van bomen. Ook een deeltje van de Pannebekestraat werd in 2021 hersteld maar daar onderzoeken we een volledige heraaleg in 2023.

In Koolkerke wordt de  Vaartbekeweg en Kapelstuk onder handen genomen.

  • Ter Looigemweg en Vaartbeekweg

In februari 2022 starten de werken in de Ter Looigemweg en de Vaartbekeweg in sector Noord. “De werken in de Ter Looigemweg zullen zo’n 85.000 euro kosten. De bomen in de straat worden half maart aangeplant. Einde van de werken is voorzien voor maart 2022, net als in de Vaartbekeweg. Respectievelijk nemen de werken 20 en 15 werkdagen in beslag”, aldus de schepen.

  • Kapelstuk

Kapelstuk sluit het rijtje projecten in de sector Noord af. “Daar wordt niet alleen het voetpad maar ook de rijweg volledig heraangelegd in asfalt aansluitend op de reeds vernieuwde Zagersweg.”, legt Van Volcem uit. De werken worden geraamd op 75.000 euro en worden uitgevoerd in 30 werkdagen. Start is voorzien in april 2022, einde in mei 2022.

Waar?Wanneer?Budget
ScharphoutstraatNovember 2021 (na herfstverlof) t.e.m. december 2021 (20 werkdagen)40.000 EUR.
Koolkerksesteenweg fase 3Januari 2022 t.e.m. februari 2022 (20 werkdagen)75.000 EUR.
Koolkerksesteenweg fase 4Januari 2022 t.e.m. februari 2022 (10 werkdagen)25.000 EUR.
Ter LooigemwegFebruari 2022 t.e.m. maart 2022 (20 werkdagen)85.000 EUR.
VaartbekewegFebruari 2022 t.e.m. maart 2022 (15 werkdagen)35.000 EUR.
KapelstukApril 2022 t.e.m. mei 2022 (30 werkdagen)75.000 EUR.
 TOTAAL:335.000 EUR.

“Heel wat werk voor de boeg dus, maar de voetpaden in onze deelgemeenten worden op die manier grondig aangepakt en futureproof gemaakt”, klinkt het nog bij de schepen van Openbaar Domein.

Sint-Pieters (Noord)

Op Sint-Pieters werd dit jaar de Slachthuisstraat volledig vernieuwd en een gedeelte van de Sint-Pieterszuidstraat, maar ook een groot stuk van de Sint-Pietersnoordstraat en de Rond den Heerdstraat. Volgend jaar starten we ook in de Sint-Pieterskerklaan met een volledige heraanleg (weg en voetpaden) en de voetpaden in de Karel de Ledeganckstraat en Karel Mestdaghstraat zijn in tweede helft 2022 aan de beurt.

Brugge

Mercedes in Brussel

BRUSSEL – Vlaams volksvertegenwoordiger Mercedes Van Volcem zetelt in de commissies Wonen & Onroerend Erfgoed en Mobiliteit & Openbare Werken. Vanuit het Vlaams parlement probeert ze met een Brugse bril het leven van de Vlaming te beïnvloeden voor het goede.

Mercedes heeft vandaag 2 vragen in de commissie Openbare Werken en Mobiliteit. Ze ondervraagt de minister over de nieuwe sluis in Zeebrugge maar ook over de verkeerslijst van de minister met zwarte punten. Volg de commissie vanaf 14 uur hier. Of lees nu al haar vragen aan de minister.

Brugge

Heraanleg Beurssite

BRUGGE – Stad Brugge besliste om naast de bouw van het BMCC, ook de omgeving en omliggende straten te vernieuwen. “De omgeving moest in harmonie zijn met dit prachtige gebouw. Daarom leggen we een nieuw plein aan, vernieuwen we de straten en zorgen we voor voldoende groen”, aldus de enthousiaste schepen van Openbaar Domein en Groen Mercedes Van Volcem. Kostenplaatje van de aanpak van de omgeving bedraagt 3,7 miljoen euro stadsaandeel. De omgevingswerken worden afgesloten op 26 november.

De Maagdenstraat is reeds afgewerkt, aan de Hauwerstraat, de Zwijnstraat en de Sint-Maartensbilk wordt nog volop gewerkt.“Het project is nog niet volledig afgewerkt, maar het einde is in zicht. Op maandag 18 oktober begon men aan de rioleringswerken in de Hauwerstraat tussen de Zwijnstraat en ‘t Zand. Op 29 oktober zullen die werken voorbij zijn. Op woensdag 20 oktober begon men aan de laatste fase voetpaden en parkeerstroken. Op maandag 25 oktober giet men het laatste beton voor het voorplein en zal die afgewerkt zijn. De laatste betonverharding van de straten wordt de eerste week van november uitgevoerd”, licht Van Volcem toe.

Pleineffect

“We streven naar een ruim pleineffect, daarom wordt een voorplein aangelegd aan de kant van de Zwijnstraat. De site zal er als één geheel uitzien, omdat hetzelfde uitgewassen beton voor zowel de wegen als het plein voorzien is. De helft van de betonverharding van het nieuwe beursplein is reeds uitgevoerd, waardoor er nu al een duidelijk beeld is van hoe het er uiteindelijk zal uitzien”, vertelt Van Volcem, “Het wordt een toekomstige ontmoetingsplek voor de buren, Bruggelingen en toeristen”, aldus Van Volcem. Er is een ondergrondse fietsenstalling voor meer dan 200 fietsen. Het is de bedoeling dat die ook gebruikt worden door de bezoekers van The Student Village. Ook dat helpt mee om het plein als plein te laten fungeren.

Veel aandacht voor bomen

De beuken rondom de beurssite kregen tijdens het bouwproces bijzondere aandacht. “Ze zorgen voor een groene omkadering en vormen de longen voor deze buurt. Ik ben uitermate blij dat de bomen de ingrijpende werkzaamheden overleefd hebben. De inspanningen die we gedaan hebben om de bomen te beschermen, worden beloond”, aldus Van Volcem, “De bomen krijgen naar de toekomst toe zelfs meer ruimte om te groeien, want de auto’s kunnen niet meer zoals vroeger vlak tegen de stammen parkeren. Tussen de bomen legden we een smalle goot aan (2cm), die meer waterinsijpeling naar de bomen toelaat. We leggen ook extra grote boomvakken aan om de wortels van de bomen en dus hun groeiruimte te vrijwaren. Op de hoek van de Zwijnstraat en de Sint-Maartensbilk planten we half november een Magniola kobus, waaraan attractieve witte magnolia-bloemen in groeien. De boom zal zichtbaar zijn op het plein. De plantvakken worden op hetzelfde moment ingeplant”, legt Van Volcem uit. Een boomdeskundige werd betrokken bij het project om de beste oplossing voor de bomen te vinden en rond de bomen te werken in de omgeving. Het groene karakter van de straten blijft op die manier behouden.

Vernieuwing straten, nutsleiding en riolering

Naast de nieuwe betonnering van de straten en het plein, waren er nog andere werkzaamheden. “De straten worden allemaal eenrichtingsstraten, waar parkeren aan de rechterkant mogelijk is. En trouwens een leuk weetje: de parkeerstroken worden aangelegd met de kasseien die gerecupereerd zijn geweest van het vorige beursplein. De stenen van het voormalige beursplein krijgen dus een nieuw leven in dit project’. Daarnaast worden de voetpaden heraangelegd. De bestrating van ’t Zand wordt doorgetrokken richting het beursgebouw, zodat de connectie sterk aanwezig blijft”, vertelt Van Volcem, “Daar eindigen de werkzaamheden nog niet, we pakten ook alle nutsleidingen aan en voorzagen het project van een gescheiden rioleringsstelsel. Alle woningen hebben we gescheiden aangekoppeld of wachtaansluitingen geplaatst, zodat men tijdens latere verbouwingswerken de woningen perfect kan aansluiten op de nieuwe riolering (regenwater en afvalwater). Een goede zaak voor de omliggende straten én het milieu”, gaat Van Volcem verder.

Fontein en kunstwerk

“We zochten nog naar manieren om het beursplein mooi in te vullen en kozen daarom voor een drinkwaterfontein en een kunstwerk. Het kunstwerk is van de Belgische kunstenaar Philip Aguirre y Otegui, het is een bronzen beeld met de naam ‘De bron’ en bestaat uit opeengestapelde kuipen waaruit water naar het plein vloeit die gevuld worden met water, overlopen en zo het water op het plein laten vallen. Op die manier is het eigenlijk een kunstwerk en fontein in een. Daarnaast komen er ook banken op het plein, zodanig dat het een echte ontmoetingsplaats wordt. De banken en het kunstwerk worden begin december geplaatst”, aldus Van Volcem”.

Aannemer

De hoofdaannemer van het totaalproject is MBG. De onderaannemer voor de omgevingsaanleg is Mahieu uit Oudenburg. Mahieu werkte samen met Huys en zonen voor de rioleringswerken en met de firma Olivier Pintelon om de voetpaden en parkeerstroken aan te leggen.

Brugge

Brugge stapt mee in het ‘Onbeperkt Buiten XL’ project

BRUGGE – Stad Brugge zal meewerken aan het project van GoodPlanet Belgium. De organisatie wil uitstappen in parken en natuur mogelijk maken voor iedereen. “Toegankelijkheid ook voor mensen met een beperking is een belangrijk aspect in het openbaar domein”, aldus Schepen van Openbaar Domein en Groen Mercedes Van Volcem. Zij is alvast heel verheugd met dit constructief project.

GoodPlanet Belgium wil de toegankelijkheid van de vele park- en groengebieden, die Vlaanderen rijk is, verhogen. Ze organiseren in Vlaanderen 15 belevingsuitstappen waar personen met een beperking of minder mobiele bezoekers het park- of groengebied kunnen betreden en eventuele moeilijkheden of verbeteringen kunnen aangeven. “Op basis van de input van deze personen creëert GoodPlanet Belgium middelen ter ondersteuning”, aldus de schepen. “Zo creëren ze een checklist die gebruikt kan worden om organisaties voor groepen met een beperking te betrekken in het beleid rond inclusie en toegankelijkheid. Vervolgens richten ze ook een Inspiratiebox op waar ze trachten ideeën en bestaande good practices te bundelen. Ten slotte biedt de organisatie ook ondersteuning op het vlak van communicatie. Op deze manier tracht GoodPlanet Belgium het beleid op een positieve manier te veranderen. Ze worden hierin gesteund door Toerisme Vlaanderen, de Vlaamse Gemeenschapscommissie en Cera”, zegt Van Volcem “aan zo’n initiatieven moeten we gewoon meewerken”.

Schepen Van Volcem staat positief tegenover het project: “Het Onbeperkt Buiten XL project biedt ons constructieve feedback en instrumenten om de toegankelijkheid van onze park- en groengebieden te verbeteren”.
Concreet wordt er één van de 15 belevingsonderzoeken georganiseerd in Brugge, namelijk in het Graaf Visartpark. Voor dit project een goede keuze, omdat het een veelzijdig park is met speel-, zit- en wandelruimte. Daarnaast zal de stad good practices afleveren voor de Inspiratiebox van GoodPlanet Belgium. Het Astridpark en Graaf Visartpark kunnen hiervoor zeker als goede voorbeelden dienen.

Het verhogen van de toegankelijkheid zal ook gepaard gaan met communicatie over deze aanpassingen. “Het is een realiteit dat mensen met een beperking veel meer hun uitstapjes moeten plannen. Door goed te communiceren over de toegankelijkheid hopen we het bezoek voor hen makkelijker te maken en nieuwe bezoekers aan te trekken” meent schepen Van Volcem.

“De kracht van dit project bestaat er in dat het samen met mensen met een beperking vorm krijgt. Niet alleen voor hen, maar ook samen met hen. Enkele mensen van de Nieuwe Notelaar–Ons Huis maken hier graag tijd voor vrij. Ook de Stedelijke Raad voor Personen met een Handicap werkt hier aan mee”, klinkt het bij schepen van Welzijn, Pieter Marechal.

Eind dit jaar worden de eerste resultaten verwacht. In 2022 kunnen we vanuit Stad Brugge hiermee verder aan de slag en samen ook andere parken onder de loep nemen.

Brugge

1 op de 3 aangevraagde laadequivalenten komt in West-Vlaanderen

BRUGGE – In mei 2021 werd een projectoproep voor (semi)-publieke laadinfrastructuur gelanceerd. Er was een indrukwekkende respons, vooral om in West-Vlaanderen te realiseren. Als alle aangevraagde laadequivalenten ook effectief geïnstalleerd worden bevinden 3.389 van de in totaal 9.682 equivalenten zich in die provincie. Dat blijkt uit het antwoord van minister van Mobiliteit Lydia Peeters op een schriftelijke vraag van Vlaams Parlementslid Mercedes Van Volcem (Open Vld). “Het is fantastisch dat deze projectoproep zo’n grote interesse opwekt, en dan vooral om in mijn eigen provincie te realiseren. Met 35 procent van de laadequivalenten doen we dubbel zo goed als Oost-Vlaanderen”, zegt Van Volcem.

Met het oog op de omschakeling naar zero-emissievoertuigen, voornamelijk aangedreven door oplaadbare batterijen, is een versnelde uitbouw van laadinfrastructuur noodzakelijk. Vandaag zijn er al meer dan 5.000 publiek toegankelijke laadpunten in Vlaanderen. Zo waren er op 21 september 5.137 laadpunten met een vermogen kleiner dan 23 kW, 164 laadpunten met een vermogen groter dan 23 kW en tot slot 52 ultrasnellaadpunten met een vermogen groter dan 150 kW. De provincie Oost-Vlaanderen scoort hier het best met 1.495 van de in totaal 5.353 laadpunten. Ook West-Vlaanderen (1.138) doet het in verhouding met Antwerpen (1.255) heel goed wanneer je het inwonersaantal in rekening brengt.

ProvincieAantal publieke laadpunten (≤23 kW)Aantal publieke snellaadpunten (> 23 kW)Aantal publieke ultrasnellaadpunten (>= 150 kW)
Antwerpen1.216372
Limburg613134
Oost-Vlaanderen1.4255020
Vlaams Brabant7813618
West-Vlaanderen1.102288
Totaal Vlaanderen5.13716452

Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters heeft een ambitieus laadinfrastructuurplan en wil dat er in Vlaanderen tegen 2025 30.000 laadequivalenten bijkomen. Vandaar dat ze in mei van dit jaar een projectoproep lanceerde waarmee financiële ondersteuning geboden wordt voor (semi)-publieke laadinfrastructuur. Elektrisch rijden zit in de lift. Dat blijkt ook uit de eerste resultaten van deze projectoproep. Het was een onverhoopt succes met in totaal maar liefst 9.682 aangevraagde laadequivalenten.

Provincie Som van laadequivalenten traag (≤23 kW)Som van laadequivalenten snel (> 23 kW)Som van laadequivalenten ultra (>= 150 kW)
Antwerpen 1.297,5 108 445 
Limburg 630 90 788 
Oost-Vlaanderen 935 135 620 
Vlaams-Brabant 732 100 268 
West-Vlaanderen 2.150 210 1.029 
Nog te bepalen 144 
Totaal Vlaanderen 5.888,5 643 3.150 

Open Vld-parlementslid Van Volcem: “Met de resultaten van deze eerste projectoproep voor bedrijven verdriedubbelt minister Peeters straks het totale aantal. Ook de komende jaren zal ze verder laadequivalenten uitrollen zodat de ambitie om tegen 2025 35.000 laadequivalenten te hebben in Vlaanderen, realiteit wordt. Dat is een goede zaak. Zo zetten we verdere stappen richting een duurzamere mobiliteit. Ik ben tevreden dat er in West-Vlaanderen straks overal op (semi)-publieke plaatsen laadinfrastructuur zichtbaar bijkomt. Dat is niet onbelangrijk. Enkel zo kunnen we mensen overtuigen om de switch te maken en over te schakelen op elektrisch rijden.”

Vlaams minister Lydia Peeters: “Mensen die elektrisch rijden, zullen in de eerste plaats thuis en op het werk opladen. Bestuurders moeten echter ook onderweg kunnen laden. Nabijheid, bereikbaarheid en vertrouwen zijn hier de kernwoorden. Mensen moeten erop kunnen vertrouwen dat er overal snel en dichtbij geladen kan worden. Om de versnelde uitrol van publieke laadpalen over Vlaanderen mogelijk te maken, heb ik dertig miljoen euro relancemiddelen vrijgemaakt. Het grote succes van deze call is voor mij hét signaal: de trend is gezet. De versnelde uitrol van laadequivalenten zal de volgende jaren zichtbaar zijn in het straatbeeld. Zo werken we allemaal samen mee aan de vergroening van het wagenpark. Dat is broodnodig om ook de
CO2-uitstoot drastisch te verminderen.”

Meer lezen kan je in het artikel van HLN: https://www.hln.be/brugge/een-op-drie-aangevraagde-elektrische-laadpunten-komt-uit-west-vlaanderen-en-dat-is-dubbel-zoveel-als-de-nummer-twee~ac09dd38/

Brugge

Antropomorfe graven bij de Onze-Lieve-Vrouwekerkhof Zuid

BRUGGE – BAAC Vlaanderen en Raakvlak graven al enkele maanden een deel van het Onze-Lieve-Vrouwekerkhof Zuid op in hartje Brugge. Hierbij kwamen al enkele prachtige vondsten aan het licht, waaronder drie beschilderde grafkelders en meer dan 700 eenvoudige kistbegravingen. “De uitzonderlijke ontdekkingen blijven maar komen, nu afgelopen week ook antropomorfe graven werden ontdekt. Het historische Brugge geeft haar schatten prijs”, klinkt het bij Mercedes Van Volcem, schepen van Openbaar Domein.

Antropomorfe graven

Een antropomorf graf is een graf dat de vorm van de menselijke omtrek sterk benadert. Het graf is het breedst aan de schouders en smaller naar het voeteinde toe. Voor het hoofd werd vaak een nis uitgespaard. Het hoogtepunt van het voorkomen van dergelijke graven kan gesitueerd worden in de 10de-11de eeuw. Maar voorbeelden zijn gekend vanaf het eind van de 8ste tot het begin van de 13de eeuw, waarbij de vorm dan evolueert van trapeziumvormig naar rechthoekig.

“In Brugge is er slechts één eerdere melding gekend van een antropomorf graf. We kunnen nu melden dat er tijdens het vooronderzoek en de huidige opgraving al de restanten van maar liefst zeven antropomorfe graven werden opgegraven. Een uitzonderlijke ontdekking dus. Helaas zijn deze antropomorfe graven sterk verstoord door latere begravingen en is geen enkel graf volledig bewaard gebleven. Het best bewaarde exemplaar is bewaard vanaf het bekken tot aan het hoofdeinde”, klinkt het bij Mercedes Van Volcem.

De constructie en afwerking van dit type graven kan sterk verschillen. Bij deze graven is de vorm van het lichaam opgebouwd uit meerdere lagen veldstenen en is een ronde nis uitgespaard voor het hoofdeinde. Sporadisch zijn restjes kalkmortel aan de binnenzijde van de stenen bewaard gebleven. De graven zijn aan de bovenzijde afgedekt met grotere veldstenen platen of dekstenen, maar mogelijk werden er ook graven met houten planken afgedekt.

“Het aanleggen van dit bijzonder type graven vergde heel wat extra inspanningen en kosten aan grondstoffen. Ook de ligging, dicht nabij de voorzijde of hoofdingang van de Romaanse of pre-Romaanse voorloper van de kerk verwijst naar een belangrijke status van de overledene. Mogelijk maakten ze deel uit van een gegoede familie of een hogere sociale elite”, legt Van Volcem uit.

Begravingsgebruiken

Vóór de 12de eeuw was het niet gebruikelijk en veelal verboden om in een kerk te worden begraven. De beste optie bestond erin een laatste rustplaats aan te leggen in het voorportaal of voor de kerk, in het stuk dat later het kerkplein werd. Een laatste rustplaats dicht bij de kerk zorgde ervoor dat de doden dagelijks in de liturgie konden worden herinnerd en dat er voor hun zielenheil werd gebeden.

De graven zijn steeds naar het oosten georiënteerd.  De doden liggen met de voeten naar het oosten en de schedel naar het westen, zodat zij op de dag der wederopstanding en het opstaan uit het graf, de komst van Christus in het oosten tegemoet kunnen zien. Het oosten is voor het christendom de mystieke hemelstreek, waar Palestina met het Heilig Graf ligt.

Op zoek naar antwoorden

De Onze-Lieve-Vrouwekerk is de tweede oudste parochiekerk van Brugge en wordt voor het eerst vermeld in 1075. In deze oudste vermelding wordt beweerd dat de kerk toen al bijna twee eeuwen bestond. Over deze periode is heel weinig informatie bekend. Het is dan ook een van de doelen van het huidige archeologische onderzoek om hierover meer te weten te komen. Momenteel onderzoeken de archeologen de onderste lagen van het Onze-Lieve-Vrouwekerkhof Zuid. Het is in deze onderste lagen dat de antropomorfe graven werden ontdekt.

“We weten haast niets over het uitzicht van de vroegste kerk en voorloper ervan, zelfs niet in de 11de en 12de eeuw. Koolstofdateringen van deze oudste begravingen zullen heel wat extra info verschaffen en helpen de archeologen deze graven met zekerheid binnen een bepaald tijdskader te plaatsen. Wie weet zijn het de eerste tastbare bewijzen dat de kerk reeds ver voor 1075 is opgericht”, sluit de schepen af.

Meer informatie?

Wie meer informatie wenst over de vondst kan terecht bij de Brugse stadsarcheoloog via stadsarcheologie@brugge.be of de archeologen van BAAC Vlaanderen via info@baac.be.

Brugge

De 300ste gevelplant

BRUGGE – De 300ste gevelplant is geplant in Brugge. “En daar mogen we fier op zijn. Gevelplanten, geveltuintjes, bomen maar ook de straattuinen die we stimuleren met de stad Brugge, maken de straat mooier, levendiger en groener. De groene perforatie van onze stad blijft een prioriteit”, aldus schepen van Openbaar Domein en Groen, Mercedes Van Volcem. Al 372 gevelplanten werden aangevraagd sinds de start van het initiatief. De Langestraat met 22 gevelplanten telt de meest kleurrijke gevels.

Verkoeling, fijn stof dat uit de lucht gefilterd wordt, regenwater wordt langer vastgehouden, geluid wordt gedempt en het is ook goed voor de vogels, vlinders en bijen. “Zijn er nog meer redenen nodig om je gevelplant aan te vragen? Daarbovenop fleurt de plant ook nog eens je gevel op! 321 gevelplanten werden zo al positief geadviseerd door ons dienst Openbaar Domein. Dat zijn er al heel wat, maar het kunnen er meer zijn. De 300Ste mag dus wel gevierd worden en tegelijkertijd zetten we onze oproep nog eens kracht bij voor meer gevelplanten”, zeg Van Volcem, “De driehonderste is toevallig bij mezelf. Ik koos voor een groot vak aan de achterkant van mijn woning in de Twijnstraat.  Vooraan ging niet omdat er een kelder zit onder de stoep. Walk your talk”, zeg ik dan. 

Een gevelplant aanvragen houdt natuurlijk ook in dat er voldoende plaats moet zijn op het voetpad. “Er moet ook rekening gehouden worden met de buren en een vrije doorgang van 1 meter. De bedoeling is dat de bewoners zelf de gevelplant aanplanten, onderhouden en eventueel ook klimhulp bieden”, legt de schepen uit,

“De aanvraag kan je doen bij het stadsbestuur. Wij komen het plantvak maken. Daarna kun je er je gevelplant in zetten.” De plantvakken worden gemaakt in februari en oktober, telkens net voor het plantseizoen. Velen planten een blauwe regen of een jasmijn.  Je krijgt ook uitleg over welke plant goed zou groeien.  Zo maken we gezellige straten”, stelt Van Volcem, “Grijs wordt groen, statische gevels worden levendig.” 

“Wist je trouwens dat de mooie blauwe regen in de Peerdenstraat aan de B&B Eleven de meest getrokken foto is in Brugge volgens google.  We zien ook dat de bloemen aan de bruggen vaak op de foto’s staan.  Daarom lanceren we ook #BRUGESINBLOOM”, aldus Van Volcem.

Koploper is de Langestraat

“In de Langestraat zijn er ondertussen al 22 gevelplanten. Het werkt ook aanstekelijk in de andere straatjes errond”, stelt Van Volcem, “Zo is ook de Ganzenstraat een groen straatje geworden.  Er zijn nog straten zoals de Dweerstraat, Ezelstraat of Sint-Amandstraat en andere pittoreske straatjes die ik graag zou willen aanmoedigen. Ook de winkelstraten zoals Geldmuntstraat en Noordzandstraat en Smedenstraat zouden nog een tandje bij kunnen steken met pot op de stoep of door een gevelplant aan te vragen.  Niet alleen inwoners maar ook handelszaken en restaurants kunnen ze aanvragen.  Hoe meer groen, hoe gezelliger een straat en plein en hoe langer mensen er vertoeven. Brugge kan niet groen genoeg. In ’t centrum voorlopig zijn de meeste gevelplanten te vinden.” Er is nog een lange weg te gaan volgens de schepen, want Brugge is als historische stad heel grijs.  Tijd voor tegelwippen en kasseiwippen dus volgens haar: “Graag allemaal eentje aanvragen zodat geraken we volgend jaar aan 500.  Ik ben er zeker van dat veel jonge gezinnen en veel mensen de stad groener willen en het gaat vlugger als iedereen een boom plant of een gevelplant”, stelt Van Volcem.

In de deelgemeenten en dan vooral de noordelijke zijn er iets minder aanvragen maar daar hebben de mensen dikwijls ook een voortuin. 

53 STRAATTUINEN

De stad kan echter ook tevreden kijken naar het peter-en meterschap van 53 straattuinen. “Het initiatief bestaat eruit dat mensen meter of peter kunnen worden van een perkje of plantvak waar ze zelf graag in werken dat deel uitmaakt van het openbaar domein. Zo worden onze inwoners betrokken bij het onderhouden van groenzones in de stad, maar tegelijkertijd helpen ze mee hun eigen straatbeeld bepalen en krijgen ze inspraak over dat plantvak of perkje. Daarbij kan dat onderhoud samen met buren gebeuren en wordt het een sociale ontmoeting”, zegt Van Volcem.

Soms gaat het om alleen onderhoud, bij andere gevallen kunnen mensen samen met de stadsdienst de invulling ervan bepalen. “De aanvraag kunnen Bruggelingen (al hoeft Brugge niet hun hoofdverblijfplaats te zijn) doen online. De stad stuurt dan een bevestiging en de dienst plaatst een bordje dat de buurt het perkje of plantvak zelf onderhoudt”, stelt Van Volcem af, “De straattuinen zijn het meest aantrekkelijk in deelgemeente Sint-Andries. Daar zijn er maar liefst 15 meters en peters die hun stukje groenzone verzorgen.”

POT OP DE STOEP

Sedert huidige legislatuur kan je ook een pot op de stoep zetten als er een vrije doorgang blijft van 1 meter.  “Zo zet je letterlijk de voorbijganger in het groen of in de bloemen.  Vroeger was daar een vergunning voor nodig, nu niet meer. Dus doen”, sluit de schepen af.

Een straattuin aanvragen kan via: https://www.brugge.be/straattuinen

Een gevelplant aanvragen kan via: https://www.brugge.be/gevelplant

OVERZICHT GEVELPLANTEN

CENTRUM

Eerste aanplant gevelplant: 23/02/2019.

Aantal gevelplanten:

2019: 84

2020: 75

2021: 98

TOTAAL sinds begin initiatief: 257

NOORD

Eerste aanplant gevelplant: 23/07/2019

Aantal gevelplanten:

2019: 1

2020: 11

2021: 6

TOTAAL sinds begin initiatief: 18

OOST

Eerste aanplant gevelplant: 12/05/2019

Aantal gevelplanten:

2019: 00

2020: 51

2021: 17

TOTAAL sinds begin initiatief: 68

Assebroek: 28

Sint-Kruis: 45

WEST

Eerste aanplant gevelplant: 30/07/2019

Aantal gevelplanten

2019: 3

2020: 16

2021: 10

TOTAAL sinds begin initiatief: 29

Sint-Michiels: 6

Sint-Andries: 23

TOTAAL AANTAL GEVELPLANTEN:

Centrum: 257

Noord: 18

Oost: 68

West: 29

Alles samen: 372 gevelplanten

OVERZICHT STRAATTUINEN

Centrum: 23

Noord: 13

Oost: 13 (Assebroek: 8 – Sint-Kruis: 5)

West: 27 (Sint-Andries: 15 – Sint-Michiels: 12)

Brugge

17 miljoen euro corona-impact op Brugse financiën voor 2021

Maar toch historisch lage stadsschuld van 68 miljoen

BRUGGE – “Het corona-virus had een grote impact op de stadsfinanciën”, stelt schepen van financiën Mercedes Van Volcem.  “In 2020 was er een corona-impact van 23 miljoen euro. Waar we hoopten in 2021 een ‘normaal’ jaar te hebben,  merken we in de eerste helft van 2021 ook een invloed op de cijfers.   We ramen de corona-impact voor 2021 voorlopig op 17 miljoen euro en in die zin passen we ook de meerjarenplanning aan.  De meerjarenplanning werd vorig jaar al eens aangepast, maar dit jaar wordt dus de rekening van 2020, de mininkomsten van 2021, meeruitgaven en extra investeringen mee opgenomen.”

Ondanks spijtige tegenvallers blijft de stad investeren: 365 miljoen euro voor deze legislatuur. Dat is 11 miljoen meer dan de eerste aanpassing van het meerjarenplan in 2020 en bijna 60 miljoen meer dan het initieel meerjarenplan 2020-2025 dat gepresenteerd werd in 2019. “De stadsschuld staat momenteel historisch laag op 68 miljoen euro”, zegt Van Volcem Mercedes.  “Die zal wel aangroeien omdat na een periode van stilstand en vertraging in de werken door lock-down, de investeringen vanaf 2022 op kruissnelheid komen.” 

Brugge investeert meer dan de andere centrumsteden per inwoner en de schuld is de laagste van alle centrumsteden, op Turnhout na.   “Doordat we niet hebben geleend dit jaar en vorig jaar, kon 4 miljoen euro uitgespaard worden.   Er is niets mis met leningen op voorwaarde dat ze dienen voor investeringen.  We lenen de komende jaren (als alles wordt uitgevoerd ongeveer nog 146,5 miljoen euro) maar we investeren ook 365 miljoen euro”,

Brugge heeft vele inkomsten van bezoekers.  De Bruggeling zelf betaalt enkel opcentiemen op de onroerende voorheffing en op de personenbelasting.  We gaan deze belastingen niet verhogen.  We zullen ook de algemene milieubelasting gedurende deze legislatuur (nu al singlevriendelijk) schrappen vanaf 2024. 

Anno 2021

In 2021 verwachten we ±16 miljoen euro minder ontvangsten en ±1 miljoen extra uitgaven.

 De voornaamste posten waar de opbrengsten tegenvallen zijn: de bootjes (-1,5 miljoen), musea (-4,7 miljoen), straatparkeren (-2,7 miljoen), ondergronds parkeren (-1,4 miljoen), verblijfsbelasting (4,5 miljoen) en  belasting op vertoningen (-0,4 miljoen)”, duidt de schepen.

Toch belastingen verminderd in 2020 en 2021 en ondersteuning van sport, cultuur en jeugdverenigingen

Brugge laat haar burgers, verenigingen en bedrijven echter niet in de steek en ondersteunt verder.

“We blijven onze logiesverstrekkers ondersteunen met tegemoetkomingen, goed voor 0,3 miljoen euro. We continueren het noodfonds Vrije tijd, hiervoor voorzien we opnieuw 0,5 miljoen euro extra uitgaven. Geen enkele horecazaak zal terrastaks betalen in 2021. De taks op gebruik van economische ruimte van 2020 werd vrijgesteld en zal in 2021 dus niet worden geïnd bij de bedrijven ook andere sectoren krijgen steun”, klinkt het bij Van Volcem.

Tegenvallers naast corona

Financiële tegenvallers zijn niet alleen aan corona te wijten. Zo loopt de stad 5,8 miljoen euro mis door onder andere de gewijzigde tariefwerking van de VREG. “Gelukkig ligt de recentste raming uit het gemeentefonds 1,3 miljoen euro hoger dan eerder was voorspeld. We blijven verder zoeken naar financiële ademruimte voor onze stadskas”, zegt Van Volcem. De overheidsopdracht voor de verzekeringsportefeuille is daar een mooi voorbeeld van. We hopen beter verzekerd te zijn tegen een lagere premie. Ook de onroerende voorheffing was minder door een procedure die Fluxys aanspande en geen onroerende voorheffing moet betalen.

Belangrijkste investeringen

Ondanks de ietwat negatieve tendens aan de opbrengstenkant, blijft de stad rotsvast geloven in de investeringen die op de planning staan. Een greep uit de talrijke investeringen:

Omschrijving investeringen (in mio euro)Jaarrekening 2020Investeringen 2021-2025Totaal MJP
2020-2025
Nieuwe museumsite – Brusk36,436,4
Beurs & congrescentrum – BMCC12,218,330,5
Vernieuwen openbare verlichting10,611,422
Investeringssubsidie: opknappremie + kunstige2,117,419,5
Brugse zwembaden0,416,917,3
Onderhoud gebouwen & installaties0,216,817
Strategische aankopen3,67,411
Stadsaandeel andere overheden8,88,8
Heraanleg beton & asfaltwegen1,86,28
Site Knapen (kustpark)7,27,2
Erfgoeddepot0,177,1
Afwerking Xaverianen51,96,9
Milieuvriendelijk vernieuwen machinepark OD5,65,6
Restauratie conservatorium0,15,55,6
Investeringssubsidie: concertgebouw0,73,94,6
Dampoortkwartier, 18 straten4,14,1
Voetpadenplan3,33,3
Sportinfrastructuur Lissewege & koolkerke3,33,3
Investeringssubsidie: kerkfabrieken0,12,52,6
Restauratie KTA-site2,52,5
Actieplan boomverjonging22
Biekorf – voorbereidende werken1,91,9
Herinrichting St-Janshospitaal1,81,8
Jeugdlokalen Tempelhof0,51,21,7
Aanleg bushaltes – vervoerregioplan1,61,6
Fietssuggestiestroken1,51,5
Bloemenwijken1,31,3
Vemtembos / Park Steevens1,21,2
Site de Lijn11
Diversen10,6116,7127,4
Totaal47,9316,6364,8

Voor de legislatuur 2020-2025 komen we terecht op een totale investering van 364,8 miljoen euro. “Onder andere de omgeving van het Beurs- en Congrescentrum die aangepakt wordt, is één van de grootste projecten die op dit moment ondernomen worden, goed voor een investering in het huidige meerjarenplan van 30,5 miljoen euro. Ook de nieuwe museumsite BRUSK, een dossier dat in 2021 werd aangekondigd, wordt één van de meest prestigieuze projecten van de toekomst voor Brugge. 47 miljoen euro zal de nieuwe museumsite kosten waarvan 36,4 miljoen in het huidige meerjarenplan”, legt Van Volcem uit.

Blijven investeren

En toch was de stadsschuld van Brugge in 2020 historisch laag met 68,2 miljoen euro ofwel 575 euro per Bruggeling. “Efficiënt gebruik van onze middelen heeft ervoor gezorgd dat we geen extra leningen moesten aangaan als stad in 2020. Niet lenen blijft niet duren, zeker niet in periodes waarin heel wat investeringen gepland zijn en er minder opbrengsten zijn”, gaat Van Volcem verder, “We willen vasthouden aan de geplande investeringen en gaan daarom een extra lening van 8,5 miljoen euro aan. Dat is een bewuste keuze. De keuze om niet te investeren, is voor onze stad geen optie.”

 schuld (mio euro)
1990214.273.878
1995196.640.134
2001144.909.545
2002137.803.317
2003123.611.931
2004119.697.934
2005116.297.033
2006112.695.878
2007111.877.611
200894.723.597
200981.400.780
201094.444.832
201194.831.099
201297.641.576
201399.179.006
201493.390.619
201588.062.091
201678.529.837
201781.978.975
201886.157.775
201977.401.556
202068.244.533

Ondanks heel wat financiële uitdagingen en tegemoetkomingen is er echter een financieel evenwicht. “Er is jaarlijks een positief beschikbaar budgettair resultaat en de autofinancieringsmarge is positief eind 2025. De stad Brugge is en blijft financieel gezond dankzij de voortdurende inspanningen van de volledige bestuursploeg en ondersteunende ambtenaren”, sluit de schepen tevreden af.

  1. Groene investeringen

39,6 miljoen euro van die 364,8 miljoen gaat naar groene investeringen, milieubewuste keuzes, investeringen met het oog op onze toekomst: een groenere stad, waar bomen, bloemen, groene en sociale zuurstof en een energievriendelijke aanpak primeren op grijze beton en vervuilende methodes. “De ver’led’ding bijvoorbeeld van de stad is stilaan maar zeker bezig. Alle openbare verlichting wordt vervangen tegen 2030. Een operatie van maar liefst 22 miljoen euro. Belangrijk is dat alle openbare lichtinstallaties ver’led’ worden en dus energiezuiniger werken”, legt Van Volcem uit. De wereld veranderen begint bij jezelf én dat doet de dienst Openbaar Domein ook: het machinepark van de dienst wordt milieuvriendelijk vernieuwd. Goed voor 5,8 miljoen euro. Het actieplan boomverjonging loopt en ook de bloemenwijken zijn een sterke groene steunpilaar in de meerjarenplanning van de stad: samen tellen ze voor 3,5 miljoen euro. De site Knapen (7,2 miljoen), Veltembos en park Steevens (1,2 miljoen) en Site De lijn (1 miljoen) sluiten het rijtje met groene investeringen af: één voor één groene sites of parken die de groene rijkdom van Brugge uitbreiden.

2. Investeringen in wegenissen en riolering

Onze stad en haar bewoners en gebruikers hebben recht op straten waar degelijk maar ook veilig verkeer mogelijk is. Bij de heraanleg en vernieuwing van die straten worden ook gescheiden rioleringen aangelegd. “Brugge zit vooraan de klas als het op haar rioleringen aankomt. En er wordt geijverd om dat zo te houden”, klinkt het bij de schepen, “Voor de heraanleg van beton- en asfaltwegen is een budget uitgetrokken van 8 miljoen. Een uitgebreid dossier als het dampoortkwartier betreft 18 straten en wordt beraamd op 4,1 miljoen. Er komen nieuwe rioleringen, mooie voetpaden en veilige fietspaden. Er is ook aandacht voor bomen, groen, ontharding en banken langs de wandelpaden. Heraanleg zijn geen quick wins in onze stad. We nemen een straat of buurt stevig onder handen en denken aan ieder element die ons dichter brengt bij een betere, veiligere en gezondere stad om in te leven.” Het voetpadenplan betreft 3,3 miljoen euro, fietssuggestiestroken krijgen 1 miljoen euro toegeschreven. “Ook het openbaar vervoer verdient onze aandacht. 1,6 miljoen euro zal het vervoerregioplan ondersteunen en garandeert een goede aanleg van onze bushaltes”, aldus Van Volcem.

3. Cultuur

Brugge: dat is historische cultuur en rijkdom. Logisch dan ook dat een stevige hap uit de investeringen van deze legislatuur daar belandt. Zo wordt er in het erfgoeddepot van de stad 7,1 miljoen euro gepompt. De restauratie van het conservatorium bedraagt 5,6 miljoen. Het concertgebouw ontvangt een investeringssubsidie van maar liefst 4,6 miljoen euro. “Daarbij komen ook de investeringen voor de voorbereidende werken voor de theaterzaal de Biekorf, goed voor 1,9 miljoen. Tot slot is er de herinrichting van het Sint-Janshospitaal: goed voor 1,8 miljoen euro”, duidt de schepen van Financiën.

4. School en Vrije Tijd

De grootste hap die onder ‘Vrije Tijd’ valt, moet wel de Brugse zwembaden zijn. 17,3 miljoen euro wordt hiervoor aangewend. “Met het gebouw de Xaverianen en haar omgeving combineert Stad Brugge de begrippen sport, ontspanning en ontmoeting met milieubewust, uitnodigend en toegankelijk. Polyvalent actief in onze Brugse samenleving is er ruimte voor indoor-en outdoorsport, cultuur en een bibliotheek met de nodige fiets- autoparkeerzones. De totale kostprijs wordt geraamd op 17,5 miljoen euro, in 2020 werd hiervoor 5 miljoen euro aangewend en de komende jaren resteert nog 1,9 miljoen”, aldus Van Volcem. Ook de sportinfrastructuur in Lissewege en Koolkerke mag zich opmaken voor een investeringsoperatie van maar liefst 3,3 miljoen nog deze legislatuur. “Ook onze verenigingen worden niet in de steek gelaten de jeugdlokalen Tempelhof hebben nog een budget te goed voor de komende jaren van 1,2 miljoen euro. In 2020 werd al 0,5 miljoen aangewend voor de locatie”, legt Van Volcem verder uit. De KTA-site mag rekenen op 2,5 miljoen voor haar restauratie. De kerkfabrieken zijn dan weer goed voor een investering van 2,5 miljoen euro de komende jaren. 0,1 miljoen werd al aangewend in 2020.

Brugge

Sint-Pietersplas: sport, recreatie, wandelen in het noorden van Brugge

BRUGGE – Meer dan 70 hectare telt de Sint-Pietersplas. Een groene trekpleister in het Brugs openbaar domein waar sport, recreatie, wandelen en fietsen een plaats hebben. “De Sint-Pietersplas is een sociale ontmoetingsplaats waar de noordelijke Bruggelingen hun gading zullen kunnen vinden. De site werd ook uitgebreid met hoeve De Walle en hoeve de Blankenbergse Dijk 155. Er zullen fiets- en wandelroutes uitgewerkt worden, maar ook natte natuur en dieren zullen er een prominente plaats krijgen”, vertelt schepen van Openbaar Domein en Groen, Mercedes Van Volcem.

Een gezonde balans tussen sport, recreatie en natuur: dat staat voorop in het masterplan van de Sint-Pietersplas. Het landschappelijke karakter van de zone zal daarbij een belangrijke rol spelen. “Met het landschapsdecor van de site als handleiding, zal de site klimaatbestendig ingericht worden. We willen er een samenhangend geheel bekomen waar ecologische kwaliteit voorop staat”, klinkt het bij Van Volcem.

Blankenbergse Dijk

De Blankenbergse Dijk zal functioneren als een as tussen de binnenstad en het polderlandschap richting Uitkerke. “De dijk zal fungeren als een landelijke verbinding tussen de stad, groenzone en open ruimte. De recreatieve as zal ingericht worden met populieren en schapenbegrazing tot aan de Sint-Pietersmolenstraat. Op langere termijn wordt het een functioneel en recreatief fietspad voor bewoners en aangelanden dat in twee stroken zal aangelegd worden”, legt Van Volcem uit. Alle fiets-en wandelpaden worden ingericht in porfiersplit: waterdoorlatend materiaal om de paadjes droog te houden bij hevige regenval, maar vooral ook: alom toegankelijke ondergrond, bereik- en berijdbaar voor iedereen. Zo zal wandelen in het volledige recreatiegebied toegelaten zijn. Een rondje door de hele site zal 3 kilometer bedragen: een dooradering van het gebied.

Groenbuffer

Aan de noordzijde van het recreatiedomein wordt een mozaïek van bos, grasland, begroeiing langs de zijden van de percelen en een boomgaard ingericht. “De noordwestelijke fietsverbinding rondom de site zal ook hier passeren. Aan de hoeve Blankenbergse Dijk 155 zal de overgang van de hoeve naar de omliggende grond in natte natuur voorzien worden. Natuur speciaal in functie gezet om de waterhuishouding van het gebied optimaal te houden: onder de vorm van bepaalde begroeiing, heggen, kleine landschapselementen, bomen… De bedoeling is om de hoogproductieve akkers om te zetten naar vochtige graslanden zo maken we de polder klimaatbestendig”, gaat de schepen verder.

In het westelijke gedeelte van de plas met de daarbij horende eilandjes wordt er een plek voor overwinterende en broedende vogels gevrijwaard. Een nieuwe oeverzwaluwenbroedwand wordt gerealiseerd. “Het westelijke gedeelte is immers al beschermd als natuurverwevingsgebied”, vult Van Volcem aan. In het noorden worden de reliëfrijke graslanden met belangrijke waterbergende, historische en natuurwaarden behouden.

Over het volledige gebied zullen er ‘landschapskamers’ vorm gegeven worden. Open ruimtes die door bomen met onderbegroeiing worden opgedeeld. In die open ruimtes zullen de primaire functies op de site vorm krijgen: sport, recreatie en natuur. Voorpleintjes en entrees naar de zogenaamde landschapskamers toe worden ingericht als ontmoetingsplekken en trefpunten voor omwonenden en bezoekers.

“Als stad blijven we actief op zoek naar aangrenzende gronden. De hoeve Blankenbergse Dijk 155 is daar een voorbeeld van. Ook de historische hoeve De Walle maakt daar deel van uit. Het restaureren van de gebouwen van die hoeves, zowel woonhuis als landbouwunits gebeurt nu al deels in samenwerking met het VTI (voor Hoeve De Walle). Een verdere vruchtbare samenwerking ligt hier mogelijks ook in de toekomst. De gronden net aan die hoeves zijn er bijvoorbeeld heel geschikt als natte natuur waarbij specifieke weidevogels aangetrokken worden”, gaat Van Volcem verder. De bedoeling is om de omgeving zijn grachten en poelen terug te geven en opnieuw uit te graven en knotwilgen aan te planten waar mogelijk. “Ter hoogte van de Dijk richten we een rustplaats in met zitgelegenheid en vogelkijkwand in samenwerking met de Provincie en Westtoer. Kortom: Sint-Pietersplas een groene droom die werkelijkheid wordt”, klinkt het nog.

De Focusreportage over Sint-Pietersplas bekijk je hier: https://www.focus-wtv.be/nieuws/brugge-hertekent-toekomst-van-sint-pietersplas

Brugge

Beheersplan Brugse Vesten

BRUGGE – De Brugse Vesten zijn iconisch, naast hun groene long, zijn ze ook een toeristische, culturele en historische attractie en een ontspannings- en ontmoetingsplek voor velen. Ze maken deel uit van de Unesco bescherming van de binnenstad, om dit erfgoed te behouden, wordt een beheersplan onroerend erfgoed opgesteld voor de komende 24 jaar. “Dat beheersplan vormt een draaiboek voor het uitvoeren van een goed beheer voor het behoud van dit onroerend erfgoed met alle aanwezige erfgoedvormen”, aldus Mercedes Van Volcem, schepen van Openbaar Domein en Groen.

“De Vesten zijn het park van de bewoners van de binnenstad en van de aangrenzende deelgemeenten. Het vormt een groene plaats voor alle Bruggelingen en zelfs voor velen buiten Brugge. Daarom is het voor ons prioritair om dit levend onroerend erfgoed in de toekomst te behouden”, zegt schepen van Openbaar Domein Mercedes Van Volcem.

Het revitaliseren van de Brugse Stadsvesten zijn in het Brugse beleidsprogramma 2019-2024 opgenomen. In zitting van 18 februari 2019 keurde het College de opmaak van een erfgoedbeheerplan voor de beschermde Brugse stadsvesten goed. In de zitting van 9 maart 2020 bevestigde het College de toewijzing van deze opdracht aan de West-Vlaamse Intercommunale WVI. Bij de studiefase van dit beheersplan kwamen enkele krijtlijnen naar boven.

Een aaneengesloten groene ringstructuur door vergroenen Boninvest en ontsnippering

De stadsvesten zijn al als groene ringstructuur erkend, maar er zijn bepaalde zones waar die ringstructuur onderbroken wordt, zoals de Boninvest en het gedeelte van de voormalige stadsomwalling waar het water gedempt werd en de wallen geëffend. “Met de aankoop van de Boninvest ontstaan mogelijkheden om de ringstructuur te vergroten. Waar de groene ringstructuur min of meer aaneengesloten is, maar versnipperd door drukke verkeersassen, zijn visuele verbindingen en maatregelen naar ontsnipperen voor zwakke weggebruikers op zijn plaats. Het gaat concreet om de stationsomgeving en de Filips de Goedelaan”, stelt Van Volcem.

Behoud van veteraanbomen en arboretum

Uit het onderzoek blijkt dat de Vesten meer dan 3000 bomen telt, waarvan een 661-tal bomen ouder zijn dan 100 jaar, waarvan nog eens meer dan 300 bomen zelfs ouder zijn dan 150 jaar. “De stamomtrek vertelt ons iets meer over de leeftijd van een boom, zo komen we te weten wanneer de bomen werden aangeplant op de Vesten. De leeftijdsbepaling van de bomen is een belangrijk onderzoeksthema in het beheersplan. Niet alleen de gebouwen in de Brugse binnenstad zijn historisch, de groene gordel rond de stad is dat ook”, stelt Van Volcem, “Bovendien zijn ze heel belangrijk voor de leefbaarheid van onze stad, bomen zijn onze paraplu’s en parasols en met de klimaatverandering zijn ze ook monumenten te noemen. We zetten in dat de bomen hun maximale leeftijd bereiken”, stelt Van Volcem. Dat zal gebeuren door regelmatig onderhoud van de bomen in goede gezondheid, door een extra intensief onderhoud van de aftakelende veteraanbomen en door het klonen van zeldzame variëteiten en deze op die manier in stand te houden.

Behalve de veteraanbomen, tellen de vesten inmiddels ook een uitzonderlijk groot aantal verschillende boomsoorten, die zeker niet allemaal zeer oud zijn, maar waarvan de verscheidenheid geleidelijk aan de vesten tot een soort arboretum van exotische boomsoorten maakte. “Vanaf halfweg de 20e eeuw, kregen de Vesten echte arboretumallures. Men plantte een grote variatie van zo’n 100 verschillende boomsoorten, waardoor vooral het aantal exotische struiken en bomen toenam”, aldus Van Volcem. “Een volgende stap die we zouden willen nemen is om meer uitleg te geven bij deze bomen zodanig dat bezoekers weten welke bijzonderheden zich hier hebben afgespeeld”, stelt Van Volcem.

Behoud en herstel van het historische aanplantingspatroon en behoud van een selectie van vista’s

Het typisch aanplantingspatroon is uitgangspunt bij het verjongen van de bomen. Nieuwe bomen worden ingeplant rekening houdend met dit patroon. Daarnaast werden bij de ontwerpplannen voor de vesten zichtassen aangeduid die open moesten blijven om uitzicht te bieden op de kerktorens, op de stadspoorten, op de molens of op de gevarieerde begroeiing aan de overzijde van het water. De bomen groeiden en werden niet meer opgesnoeid en de open vestinggedeelten werden dichtgeplant waardoor er nu in de zomer amper nog iets van de zichtassen overblijft. “Bij toekomstige boomaanplantingen zullen de nog aanwezige zichtassen behouden blijven. Het is niet wenselijk om dichtgegroeide vista’s te herstellen. Niet alleen zou de bomenkap te groot zijn, in veel gevallen is het oorspronkelijke uitzicht in de loop der jaren ook te veel veranderd”, aldus Van Volcem.

Heesters

De visie bestaat in het behoud van de relicten van heesters van de eerste aanplantfasen van de vesten en de aanplantingen onder Julien Leys. “Deze exemplaren verdienen vanuit het oogpunt van levend ontroerend erfgoed even grote aandacht als de veteraanbomen”, aldus Van Volcem.  Als educatieve maatregel wordt uitleg over de oorspronkelijke heesterkeuze van Hubert Van Hulle voorzien op een informatiebord.

Duurzaam recreatief medegebruik

De vesten zijn een bijzonder aantrekkelijk recreatief gebied, in de eerste plaats voor de Bruggelingen zelf. De vesten vormen een belangrijke groene long voor het binnenstedelijk weefsel en de ontmoetingszone tussen historische stad en omliggende stadsdelen. Ook is het een geliefde plek voor evenementen.  “Sedert de nieuwe legislatuur is de Vesten een plek geworden waar vele Bruggelingen kunnen genieten van picknickbanken en groene stoelen. Zo creëren we zalige plekjes om even te verpozen, ze zijn zeer gegeerd door de Bruggeling, ook de heraanleg van de paden werd op prijs gesteld door de vele wandelaars en fietsers”, aldus Van Volcem.

Voor wilde bijen aantrekkelijke, bloemrijke zones met vaste planten, stinzenplanten, bloembollen en oeverzones

De zones die minder betekenis hebben als ligweide, wandelweide of evenementenzone worden omgevormd tot bloemrijke zones met vaste planten, met daarbinnen of daarlangs picknickplekken. De toegang tot de picknickplekken wordt geleid, zodat de bloemen niet vertrappeld kunnen worden. “Als bijenvriendelijkste gemeente 2020, willen we het project verder doortrekken naar de toekomst”, aldus Van Volcem, “De steile hellingen van de Vesten die vandaag nauwelijks betreden worden, gaan we bloemrijk ontwikkelen met aanplant van vaste planten, stinzenplanten en bloembollen”, aldus Van Volcem.

Behoud van de zwanenpopulatie

“De zwanen zijn ook een onderdeel van het levend onroerend erfgoed”, stelt Van Volcem. Stad Brugge gaat uit van een gezonde populatie van maximum 120 dieren. De graslanden van het Stil Ende worden onderhouden door het graasgedrag van de zwanen, maar door de afscherming met een lage metalen afsluiting wordt het gebruik als recreatief gazon verhindert. Het gazon op de Buiten Katelijnevest zou hier oplossing voor kunnen bieden. “Dat gazon werd enkele jaren geleden omheind om hier zwanen te laten grazen, maar toen waren er problemen met het waterkwaliteit. Er staat echter al een omheining, wat het mogelijk zou maken om stinzenflora aan te planten, die de plaats aantrekkelijk zou maken. Vele toeristen komen hier echter de stad binnen”, aldus Van Volcem.  

Behoud en onderhoud van de molens

Het molenpatrimonium wordt in stand gehouden. De St-Janshuismolen blijft maalvaardig. Het binnenwerk van de Nieuwe Papegaai wordt terug geïnstalleerd. Het beheer van de bomen rondom de molens gebeurt in afstemming met het gewenste molengebruik.

Aanvullend op deze visie van het beheersplan, wordt de wens geformuleerd om de aanpalende parken en vestingstraten te vergroenen. Het versterken als recreatief en groen element van deze perimeter rond de vesten verhoogt de leefbaarheid van de stad en buffert de vesten met ruimte voor wandelaars en fietsers en als verbinding naar de deelgemeenten met in uitbreiding ook het Katelijnepark, het Station en het Kanaaleiland.  Tevens is na te gaan hoe we de ring kunnen vergroenen (Koningin Elisabethlaan, Guldenvlieslaan en Komvest) en bij uitbreiding de fietsring rond de stad tussen Dampoort en Houtkaai.