BRUGGE – Het kadastraal inkomen in Brugge daalde sinds 2015 met 7 procent. Dat blijkt uit cijfers die het Vlaams parlementslid en schepen van Openbaar Domein in Brugge, Mercedes Van Volcem opvroeg: “Een gevolg van kleinere woningen en percelen waarop er gebouwd wordt.” Ook in West-Vlaanderen is het kadastraal inkomen procentueel gedaald. Al is het de provincie met de lichtste daling. Als we inzoomen op de andere centrumsteden Kortrijk, Roeselare en Oostende, spreken we van een daling van respectievelijk 4,4%, 4,7% en 4,5%.
Brugge spant de kroon met een daling van het KI met maar liefst 7 procent. In de stad ging het kadastraal inkomen van 1029,66 euro naar 958,06 euro. Van Volcem die schepen van Openbaar Domein is in Brugge, ziet dan ook de komende jaren een sterke evolutie. “De woonoppervlakte van nieuwbouw werd de voorbije jaren kleiner. De grond is schaarser en ook duurder. Ook de steeds strengere energie-eisen maken dat nieuwbouw duurder wordt. Gezinnen met kinderen zijn 30 procent van de bevolking. Er zijn meer jonge alleenstaanden maar ook ouderen die langer leven en alleen wonen. De komende jaren zal er meer ingezet worden op kleinere woonvormen bijvoorbeeld zoals Tiny Houses. Zo houden ze meer budget over voor reizen en ontspanning of om te sparen”, klinkt het bij Van Volcem.
De Brugse schepen zetelt in de commissie Wonen en volgt daar de tendens op: “De woningmarkt op dit moment staat onder stroomversnelling en verandert razendsnel. In de commissie Wonen probeer ik alvast een lans te breken voor die alternatieve kleinere woonoplossing. Er is nood aan dergelijke woonvormen.”
Leefbaarheid
“Ik volg de tendens al jaren op. Ik investeer dan ook volop in het publieke domein. We wonen dan misschien kleiner, maar dat wil niet zeggen dat we moeten inboeten op natuur, groen en bewegingsvrijheid. Al is het dan in de publieke sfeer. Ieder park, iedere ontharding, iedere boom of bloembol draagt bij aan een meer leefbare omgeving voor de stadsbewoner”, stelt Van Volcem sterk.
Als Vlaams Parlementslid vroeg Van Volcem de evolutie op van het KI over heel Vlaanderen, West-Vlaanderen en de centrumsteden. Het gemiddeld KI van West-Vlaamse woningen daalt jaar na jaar van 802,38 euro nog in 2015 naar 778,78 EUR in 2020. “De dalende trend wil zeggen: we wonen steeds kleiner. Nieuwbouw wordt op kleinere percelen gezet. Daarbij wordt er in de stad sowieso met een hogere densiteit gebouwd om de open ruimte vrijwaren”, klinkt het bij Van Volcem.
West-Vlaamse centrumsteden
Roeselare
Het Kadastraal Inkomen in Roeselare evolueerde van 889,01 euro in 2015 naar 847,19 euro in 2020. Een daling van 4,7 procent. Roeselare was in vergelijking met de andere West-Vlaamse centrumsteden met 847 euro de ‘goedkoopste’ centrumstad wat betreft het gemiddeld KI.
Kortrijk
In Kortrijk zien we de laagste daling bij de West-Vlaamse centrumsteden: 4,4%. In 2015 telde daar het Kadastraal inkomen nog 1134,36 euro, in 2020 was dat 1084,63. Niet alleen dat kleiner wonen draagt toe tot een lager kadastraal inkomen aldus parlementslid Van Volcem: “Er zijn meer éénoudergezinnen en singles dan ooit. Een kleinere woning resulteert ook in lagere energiekosten en een minder zware investering bij de aankoop van een woning.”
Oostende
Oostende dan weer had een gemiddeld kadastraal inkomen in 2020 van 905,05 euro. Dat is 4,5 procent minder dan in 2015. Toen spraken we nog van 947,31 euro als gemiddeld kadastraal inkomen.
Lager Kadastraal inkomen: Hoezo?
- Er wordt kleiner gebouwd
- Woonoppervlakte van nieuwbouw alsmaar kleiner
- Grond schaarser en dus duurder
- Bij nieuwe woonontwikkeling: kleinere percelen
- Hogere densiteit in steden=open ruimte vrijwaren
- Strenge energie-eisen=>nieuwbouw duurder
- Kleinere gezinnen (veel singles)
- Jong en oud wonen klein=lagere elektriciteitfactuur
- Minder en minder drieslaapkamerappartementen
- Tiny house? Meer budget voor reizen, ontspanning en sparen
- Gezinnen met kinderen: 30% van bevolking
- Ouderen leven langer en wonen alleen
gemiddeld niet-geïndexeerd kadastraal inkomen per centrumstad | ||||||
centrumstad | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 |
Aalst | 933,65 | 924,94 | 920,07 | 913,32 | 902,41 | 890,08 |
Antwerpen | 1.289,80 | 1.273,30 | 1.249,52 | 1.224,72 | 1.187,02 | 1.152,23 |
Brugge | 1.029,66 | 1.025,48 | 1.015,22 | 1.002,75 | 985,48 | 958,06 |
Genk | 1.057,76 | 1.059,87 | 1.040,24 | 1.023,78 | 1.008,93 | 992,05 |
Gent | 1.142,19 | 1.140,74 | 1.128,54 | 1.122,24 | 1.104,45 | 1.085,78 |
Hasselt | 1.233,00 | 1.218,21 | 1.194,76 | 1.186,88 | 1.185,18 | 1.161,47 |
Kortrijk | 1.134,36 | 1.129,02 | 1.123,48 | 1.115,47 | 1.106,43 | 1.084,63 |
Leuven | 1.352,98 | 1.316,90 | 1.298,32 | 1.280,84 | 1.236,55 | 1.224,80 |
Mechelen | 1.090,55 | 1.080,98 | 1.065,62 | 1.059,44 | 1.058,77 | 1.039,37 |
Oostende | 947,31 | 942,33 | 935,98 | 930,58 | 919,97 | 905,05 |
Roeselare | 889,01 | 881,49 | 878,18 | 873,01 | 855,50 | 847,19 |
Sint-Niklaas | 1.077,10 | 1.068,65 | 1.058,14 | 1.048,34 | 1.023,90 | 1.006,05 |
Turnhout | 1.049,51 | 1.054,11 | 1.037,27 | 1.011,04 | 983,71 | 934,28 |
Vlaams Gewest | 1.010,41 | 1.005,87 | 999,38 | 990,83 | 978,16 | 964,72 |
andere Vlaamse gemeenten | 963,07 | 960,14 | 956,33 | 949,41 | 939,72 | 929,43 |
Provincies
De West-Vlaamse steden hebben dezelfde tendens uiteraard al is het aan een trager tempo dan de andere provincies met Antwerpen met een daling van 7,2%, Limburg 3,8%, Oost-Vlaanderen 3,0% en Vlaams-Brabant met 4,6 procent.
procentuele toename gemiddeld niet-geïndexeerd kadastraal inkomen per provincie | 2015-2020 |
Antwerpen | -7,2% |
Limburg | -3,8% |
Oost-Vlaanderen | -3,0% |
Vlaams-Brabant | -4,6% |
West-Vlaanderen | -2,9% |
Buiten West-Vlaanderen
Buiten West-Vlaanderen is de daling van het KI nog meer op te merken zo werd er het volgende opgetekend in andere centrumsteden als Turnhout (-11%– provincie Antwerpen), Antwerpen (-10,7% – provincie Antwerpen) en Leuven (-9,5% – provincie Vlaams-Brabant). Zij telden de voorbije jaren een groot aantal nieuwbouwprojecten.
Na Roeselare als goedkoopste volgt Aalst in Oost-Vlaanderen in het kielzog met 890 euro. Leuven in Vlaams-Brabant telt het hoogste gemiddelde KI met 1.224 euro, gevolgd door Antwerpen met 1.152.
procentuele toename gemiddeld niet-geïndexeerd kadastraal inkomen per centrumstad | ||||||
centrumstad | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2015-2020 |
Aalst | -0,9% | -0,5% | -0,7% | -1,2% | -1,4% | -4,7% |
Antwerpen | -1,3% | -1,9% | -2,0% | -3,1% | -2,9% | -10,7% |
Brugge | -0,4% | -1,0% | -1,2% | -1,7% | -2,8% | -7,0% |
Genk | 0,2% | -1,9% | -1,6% | -1,5% | -1,7% | -6,2% |
Gent | -0,1% | -1,1% | -0,6% | -1,6% | -1,7% | -4,9% |
Hasselt | -1,2% | -1,9% | -0,7% | -0,1% | -2,0% | -5,8% |
Kortrijk | -0,5% | -0,5% | -0,7% | -0,8% | -2,0% | -4,4% |
Leuven | -2,7% | -1,4% | -1,3% | -3,5% | -1,0% | -9,5% |
Mechelen | -0,9% | -1,4% | -0,6% | -0,1% | -1,8% | -4,7% |
Oostende | -0,5% | -0,7% | -0,6% | -1,1% | -1,6% | -4,5% |
Roeselaere | -0,8% | -0,4% | -0,6% | -2,0% | -1,0% | -4,7% |
Sint-Niklaas | -0,8% | -1,0% | -0,9% | -2,3% | -1,7% | -6,6% |
Turnhout | 0,4% | -1,6% | -2,5% | -2,7% | -5,0% | -11,0% |
Vlaams gewest | Verschil | centrumsteden | andere | ||
2015 | 1010,41 | 0 | 0 | 0 | |
2016 | 1005,87 | -0,45% | -0,87% | -0,30% | |
2017 | 999,38 | -0,65% | -1,33% | -0,40% | |
2018 | 990,83 | -0,86% | -1,23% | -0,72% | |
2019 | 978,16 | -1,28% | -2,01% | -1,02% | |
2020 | 964,72 | -1,37% | -2,15% | -1,10% | |
2015-2020 | -4,52% | -,38% | -3,49% |